Berber, de laatste maanden waren geen pretje voor je. Hoe gaat het momenteel met je?
"Het gaat wel goed hoor, maar ik heb me weleens beter gevoeld. Ik ben er een lange periode uit geweest vanwege een blessure aan mijn pols. Het gaat iedere dag beter, maar ik ben nog zeker niet op het niveau dat ik wil zijn."

Je kende vorig jaar een ijzersterk seizoen op skeelers. In juni pakte je zelfs voor het eerst in je loopbaan de nationale marathontitel bij de senioren. Hoe kijk je zelf terug op je prestaties?
"Erg positief. Mijn seizoen ging boven verwachting goed. Voorafgaande aan het seizoen kampte ik met veel fysieke klachten. Ik wist dus niet wat ik kon verwachten. Zonder grote doelstellingen begon ik aan het seizoen, maar het is eerlijk gezegd nog nooit zo goed gegaan. Die goede prestaties zijn een fijne bevestiging dat ik het kan. Het is nu zaak om weer op dat niveau terug te komen."

Je had het net over een blessure aan je pols. Die liep je op bij een zware valpartij in Parijs. Neem ons eens mee terug naar die desbetreffende dag.
"Het seizoen ging zoals gezegd als een trein. Ik weet nog dat ik met een paar jongens van de groep naar Madeira (Portugal, red.) ging om daar nog een wedstrijd te rijden. Ik zag dat als de perfecte afsluiter van het skeelerseizoen. Toen kwam Parijs op mijn pad. Daar werd nog een marathon verreden en ik ontving een uitnodiging van de organisatie. Ik vond dat ik daar geen nee op kon zeggen, zag het als een mooie uitdaging. Daarnaast is het altijd leuk om naar een stad als Parijs te gaan, dus ik dacht: laten we die ook nog maar eventjes meepakken. Ook daar ging het weer erg goed, maar in de slotfase van de race was ik betrokken bij een zware valpartij. Ik klapte met mijn pols op een stoeprand en dacht meteen: dit is helemaal fout. Dat bleek ook wel toen ik foto's liet maken in een ziekenhuis in Nederland."

Wat had je precies?
"Er zaten vier breuken in mijn pols, maar in eerste instantie werden er maar twee geconstateerd. Het waren zeer vervelende breuken in mijn handgewricht, dus moest ik tot aan mijn oksel in het gips. Daardoor kon ik acht tot negen weken helemaal niks: niet fietsen of skeeleren, maar ook geen krachttraining doen. Wekenlang zat ik stil. Daar werd ik natuurlijk niet vrolijk van. Het was extra zuur, want ik wilde na het skeelerseizoen eindelijk weer eens gaan schaatsen. De winter ervoor was dat compleet in het water gevallen, omdat ik lang ziek was geweest. Ik wilde er echt weer voor gaan, zag het als ideale voorbereiding op het volgende skeelerseizoen, maar door die breuk kon ik tot eind december helemaal niks." 

We zitten nu een aantal maanden na die valpartij. Hoe gaat het momenteel met je pols?
"Nog helemaal niet goed. Die valpartij was op 17 oktober, maar nog altijd heb ik geen kracht in mijn pols. Na meerdere onderzoeken in het ziekenhuis zijn we erachter gekomen dat mijn pols al die weken verkeerd in het gips heeft gezeten. Daardoor is hij helemaal scheefgegroeid… De artsen twijfelen wat ze moeten doen. Een operatie is zeer riskant, want daardoor zou ik mijn functie in mijn duim en wijsvinger kunnen verliezen. Daar vinden ze mij nog veel te jong voor. Toch kan ik op deze manier ook niet verder. Ik kan op dit moment amper wat doen met mijn hand. Het is allesbehalve een prettige periode. Dan te bedenken dat het allemaal begon met 'even' een leuke wedstrijd in Parijs rijden."

Wat heftig. Je bent pas 21 jaar. Wat gaat er door je heen als je hoort dat je mogelijk de functie in je duim en wijsvinger verliest.  
"Bij alle onderzoeken in het ziekenhuis word je steeds met je neus op de feiten gedrukt. Als je iedere keer van de artsen hoort dat het er niet goed uitziet, word je daar niet vrolijk van. We zitten nu een flink aantal maanden na de val, maar er zit nog altijd een breuk in mijn pols. Er moet snel iets gebeuren. Ik ben voor de zoveelste keer doorverwezen en deze week krijg ik eindelijk uitsluitsel of ze hem opnieuw gaan breken of dat ze een stuk bot gaan weghalen. Het is allemaal erg spannend. Ik heb alleen wel gezegd dat áls ik me plaats voor het wereldkampioenschap, ik pas ná dat toernooi onder het mes wil." 

De weken dat je in het gips zit en niks kan doen, moeten verschrikkelijk zijn voor een topsporter. Hoe ben je die periode doorgekomen?
"Het was een lastige periode, waarin ik veel heb nagedacht. Om eerlijk te zijn, heb ik ook wel getwijfeld of ik door wilde gaan met topsport. Ik heb voldoende momenten gehad dat ik op de bank zat en dacht: wil ik dit nog wel? Is dit het nog wel allemaal waard? Alle scenario's schieten door je hoofd. Na lang nadenken, ben ik tot de conclusie gekomen dat ik nog veel te jong ben om te stoppen. Daarnaast denk ik dat wanneer ik zou stoppen met skeeleren of schaatsen, ik toch altijd weer terug zou willen. Ik ben dol op het topsportleven." 

Heb je in de lastige periode veel met mensen gesproken?
"Vaak geef ik niet zo snel iets aan bij mensen, dat is ook wel een van mijn valkuilen. Aan het begin van de periode heb ik lang mijn mond dichtgehouden en er met niemand over gesproken. Ik dacht: ik los het zelf op. Toen ik er uiteindelijk met anderen over ging praten, zorgde dat voor een enorme opluchting. Ik heb bijvoorbeeld veel gesprekken gevoerd met mijn ouders. Ik stelde ze regelmatig de vraag: 'Wat moet ik nou?’ 'Moet ik er nog voor gaan?' Toen zei mijn vader: 'Maar Berber, als je stopt: wat wil je dan?' Hij heeft mij wel aan het denken gezet. Ik had op zijn vraag niet echt een duidelijk antwoord, dus toen wist ik al vrij snel dat ik door wilde. Als ik besluit om te stoppen, zal ik daar niet beter of vrolijker van worden. Mocht het in de komende maanden niet beter gaan of ontbreken aan de juiste motivatie, dan kan ik altijd nog een punt achter mijn carrière zetten."

Ik zag dat je de laatste maanden hebt gebruikt om veel tijd te besteden aan je studie Sociaal Pedagogische Hulpverlening (SPH).
"Klopt. De gipsperiode was natuurlijk erg vervelend, maar daardoor had ik wel een mooie aanleiding om mijn studie weer op te pakken. Ik heb veel aan school kunnen doen, waardoor ik nu weer gelijkloop met de rest van de klas. Daarnaast heb ik bijna mijn stage afgerond en ben ik deze maand voor vijf van mijn zes tentamens geslaagd. Dat zorgt in ieder geval voor iets meer rust in mijn hoofd, dus dat is fijn." 

Dit jaar vindt het WK Inline-skaten voor het eerst in de geschiedenis plaats in Nederland. Hoe lastig is het voor jou om momenteel op sportief vlak vooruit te kijken?
"De ene dag gaat het wat makkelijker dan de andere. Het skeelerseizoen is weer begonnen en ik moet zeggen dat het beter gaat dan verwacht. Toch gaat het voor mij allemaal nog niet snel genoeg, ik heb niet zo veel geduld. Ik wil af en toe te snel, terwijl het soms beter is om mijn rust te pakken. De laatste weken heb ik goede gesprekken gevoerd met mijn coach. Daardoor heb ik vertrouwen in een goede afloop. Ik heb ervoor gekozen om een aantal wedstrijden over te slaan, zo was ik vorige week niet bij de Europa Cup in Geisingen (Duitsland, red.). Dat was een bewuste keuze. Ik ben nog niet helemaal fit en een slechte klassering zou alleen maar voor stress zorgen. Ik wil niet het gevoel krijgen van: wat doe ik hier eigenlijk? Ik ben de laatste tijd goed tot rust gekomen en heb vooral voor mezelf getraind. Over twee weken staat het NK op het programma. Dat is een belangrijk toernooi, want daar zijn startbewijzen te verdienen voor het WK. Daar werk ik nu dus op mijn gemak naartoe."

Je zegt dat je nog niet helemaal fit bent. Het WK is begin juli. Ga je dat halen?
"Daar ben ik van overtuigd. Ik heb nog een lange weg te gaan, maar ik weet dat ik in een korte periode op niveau kan komen. Daar houd ik me maar aan vast. Daarnaast wil ik het WK in eigen land natuurlijk voor geen goud missen. Meedoen aan een groot toernooi in eigen land, daar doe je het allemaal voor. Dat is toch prachtig?"