Hoewel hij er niet de persoon naar is om te zeggen dat hij zaterdag de grote favoriet is ('dat vind ik lastig om over mezelf te zeggen') kan hij niet ontkennen dat hij een goede kans maakt op de nationale titel. "Maar dat geldt voor tien anderen", voegt Crispijn Ariëns (31) daar gauw aan toe. Ariëns, sinds kort woonachtig in Heerde, is drievoudig Nederlands kampioen op de marathon en geldt al jaren als één van de beste inlineskaters ter wereld. Zijn wereldtitel in 2013 zorgde ervoor dat de ogen van zijn Nederlandse collega's sindsdien altijd op hem gericht zijn. "Ik kan wel zeggen dat het niet zo is, maar ik weet toch wel dat ze me in de gaten houden. Het is aan mij om ervoor te zorgen dat het spelletje op een goeie manier gespeeld wordt."
Dat spelletje hoopt hij te spelen met zijn nieuwe ploeggenoten van Team Royal A-ware, waar hij sinds deze zomer onderdeel van uitmaakt. Met Jordy Harink, Jorrit Bergsma en Bob de Vries in de gelederen verwacht Ariëns absoluut een gooi te kunnen doen naar de titel. "De kracht van ons team is dat iedereen hem kan winnen; het heeft dus ook niet zoveel zin om alles op mij te zetten", vervolgt Ariëns. "Natuurlijk wil je hem het liefst zelf winnen, maar ik kan net zo gelukkig zijn als een teamgenoot er met de titel vandoor gaat. Kijk de foto's van de afgelopen jaren maar eens terug, dan zie je mij altijd juichend bij de winnaar staan. Ik ben daar heel simpel in: als je wint, win je samen."
Uitdagend
Waar het de voorgaande jaren vaak een strijd was tussen de ploeg van Gary Hekman en Bart Hoolwerf en de ploeg van Ariëns en Ingmar Berga (Berga rijdt nu voor Team Jumbo-Visma) zijn er volgens Ariëns nu meerdere ploegen die het 'spelletje' kunnen spelen en kans maken op de titel. Welke tactiek de teams zullen toepassen is gissen, al durft hij van één team wel te gokken wat hun strijdplan is. "Gary en Bart zijn de beste sprinters, dus die ploeg is er alles aan gelegen om alles bij elkaar te houden", weet Ariëns, die zelf een ander scenario in gedachten heeft. "Ik hoop op een zware wedstrijd, dan komt het niet meer aan op meerijden en hard sprinten, maar op kracht en uithoudingsvermogen. Dat vind ik uiteindelijk de mooiste manier om te winnen."
Of de omstandigheden zaterdag in het voordeel van Ariëns uitwerken, zal moeten blijken, maar dat het in Zandvoort nooit windstil is, staat als een paal boven water. Een zware wedstrijd lijkt dus zeker tot de mogelijkheden te behoren. "Het is een uitdagend parcoursje", stelt Ariëns met gevoel voor understatement. Na het verkenningsrondje op 22 juli was het hem opgevallen dat er meer hoogteverschil in zit dan gedacht. "Het gaat best op en neer en dat maakt het zeker wat spannender. Het is een breed parcours en de bochten kun je op verschillende lijnen rijden, waardoor je bij het uitkomen van de bocht snelheid kan winnen of juist kan verliezen. Ja, om eerlijk te zijn ligt zo'n parcours mij meestal wel."
Dat het NK voor het eerst in de geschiedenis op het circuit van Zandvoort wordt gehouden, vindt Ariëns bijzonder. Hij geeft de credits aan de KNSB, die er alles aan gedaan heeft om het door corona geteisterde inlineseizoen nog een beetje van glans te voorzien. "Zo'n locatie is natuurlijk wel een extra pluspunt", weet Ariëns, die het NK in 2011, 2013 en 2018 won. "Een NK in Zandvoort genereert veel aandacht en dat is alleen maar positief voor de sponsoren. Het zou mooi zijn als de sport op deze manier wat meer naamsbekendheid krijgt, want dat verdient de skeelersport wel. Het is een uur spektakel en degene die als eerste over de streep komt wint. Zo makkelijk is het!"