Op het Daikin NK Inlineskaten Baan/Weg rijden de junioren en senioren dit weekeinde voor het eerst samen op een Nederlands kampioenschap. De junioren strijden dit keer niet om afstandstitels in hun eigen categorie, maar om een apart sprint- en lange afstandenklassement. De samensmelting zorgde echter ook al voor een spectaculaire verrassing met de overwinning van Christian Haasjes tussen de senioren.
Sinds de zomer van 2018 rijden de junioren en senioren al samen in de landelijke competitie. Op het NK is de verandering dit jaar doorgevoerd met de gedachte om de junioren nog beter te maken, legt disciplinemanager Marcel Scheperkamp uit. "Die lijn van de baancompetitie hebben we nu verder doorgetrokken naar het NK. We willen beter worden op internationaal niveau en daar moeten we van onderaf aan werken", stelt hij.
"Er rijdt nu een grotere groep en er is meer competitie. De junioren leren van de doorgewinterde senioren: ze worden beter door tactisch inzicht, de snelheid en het groepsproces. Het is ook leren rijden in een peloton. Op een EK of WK staat er zestig man aan de start. Daar moeten we aan wennen en dat moet je durven en doen."
"Ik begrijp de achterliggende gedachte, maar het is wel jammer", reageert laatstejaars junior Ruben Ligtenberg, "Ik had liever gezien dat het juniorenpodium per koers in de wedstrijd verwerkt zit. Voor veel jongens zal de lol eraf gaan zonder titelstrijd. Bovendien is er een aantal die bij voorbaat geen aanspraak maakt op het klassement, omdat zij niet op zondag rijden (vanwege het geloof, red)." Een van die rijders is Christian Haasjes, de junior zorgde vrijdag voor een daverende verrassing met de overwinning op de puntenafvalkoers. "Dat vind ik helemaal mooi en gun ik hem van harte", zegt Ligtenberg.
Specialiteit
De rijder van Team Reggeborgh mengt zich regelmatig in het seniorengeweld op de lange afstanden en laat zich ook zien in de marathons. "Je kunt straks wel zeggen: ik ben Nederlands juniorenkampioen op de lange afstanden, maar iedereen heeft zijn eigen specialiteit. Mensen die minder mee kunnen komen, zullen niet getriggerd worden om deel te nemen, omdat het niveau zo hoog is op een NK. De top doet mee en de rest valt eigenlijk af. Ik vind het iets te drastisch en de rijders is niets gevraagd."
Het plan komt echter niet uit de lucht vallen, benadrukt Scheperkamp. In januari besprak hij de kwalificatie-eisen voor het NK en in maart, vlak voor de lockdown, is er gepraat met de inlineskaters die vorig jaar op de EK en WK reden. "Ik snap dat deze opzet voor sommige junioren niet leuk is en we willen ook rijders in de breedte een kans bieden, maar je moet ergens een beslissing nemen."
Voorafgaand aan het seizoen had de sectie inlineskaten van de KNSB ook een andere opzet voor de landelijke competitie bedacht, maar dat is door de coronacrisis niet doorgegaan. "We willen graag een A-peloton en B-peloton maken waarin je kunt degraderen en promoveren. Zoals je ook in Europese inline-competities ziet. Vergelijkbaar met de World Cups in het langebaanschaatsen."
Tactiek
Voor juniore Fleur Huls leverde dit Nederlandse kampioenschap ook al een afstandsmedaille op. Op de 200 meter duo-tijdrit werd de rijdster van RTC Noord/Fryslân tweede achter teamgenote Moniek Klijnstra. In de baancompetitie reed Huls alles in de top-vijf op de sprintafstanden. "Ik had van tevoren niet kunnen bedenken dat ik op het NK tussen de senioren op het podium zou staan", zegt Huls. "Vorig jaar moest ik erg wennen in de landelijke competitie en vond ik het best lastig, omdat het niveau veel hoger ligt. Maar dit jaar gaat het supergoed. Het is ook leuk om die uitdaging aan te gaan en dat je dan lekker mee kan rijden."
"Ik merk wel dat tactiek veel belangrijker is dan bij de junioren", vervolgt Huls. "Aan de ene kant vind ik het jammer dat er geen juniorentitels per afstand zijn, maar tussen de senioren ben je ook trots op die tweede plek. Het doel van dit weekend is Nederlands sprintkampioen worden en ik wilde de 200 meter goed rijden, dat is al gelukt. Op de 500 meter en de one lap hoop ik ook in de finale te komen", vertelde Huls voor de halve finales van de 500 meter. In die halve finale moest ze het afleggen tegen de senioren Manon Kamminga en Maya de Jong.
"Je krijgt andere wedstrijden op een NK met junioren en senioren bij elkaar, maar we hebben nu al prachtige koersen gezien", zegt Scheperkamp. "Christian Haasjes wint hier als junior de Nederlandse titel op de puntenafvalkoers, daar ben ik hartstikke blij mee. Als een junior zo dominant is dat die op een NK bij wijze van spreken zes gouden medailles zou pakken, laat hem of haar dan tussen de senioren rijden. De afgelopen vier weekenden heb ik heel weinig saaie wedstrijden gezien in de baancompetitie en de marathons."
Het staat nog niet vast dat het NK voor junioren helemaal niet meer los verreden worden. De nieuwe opzet wordt na afloop van het seizoen geëvalueerd met de (bonds)coaches en rijders.
