De afgelasting van alle skeelerwedstrijden in het voorjaar leidde tot bijzondere taferelen in Zandvoort. Het was voor veel rijders immers maanden geleden dat ze elkaar voor het laatst zagen. Als koeien die na een lange winter naar buiten mochten, ging jong en oud de baan over. Menigmaal werd er even gepauzeerd voor wat foto's en filmpjes en zo nu en dan konden de omstanders een enthousiaste kreet horen van een van de rijders op de baan.
Toch werd er ook serieus getraind, vertelt Manon Kamminga. Na een eerste verkenningsrondje deelt ze de omvangrijke groep op en geeft ze wat instructies mee. "Ik heb mijn rijders ook verteld wat de belangrijke punten zijn en waar ze op moeten letten. Tegelijkertijd neem ik ook alles heel goed in mezelf op, dat is een goede wisselwerking."
Opvallend beeld tijdens de training: ten opzichte van de auto's rijden de inlineskaters tegen de richting in. Dat is met een goede reden overigens. Nu zijn de meeste bochten linksom, een natuurlijkere beweging voor de rijders dan de bochten rechtsom. Bart Hoolwerf is er wel over te spreken. "De auto's hebben normaal gesproken richting de finish een lange, rechte kombocht. Dat is normaal al onnatuurlijk en een kombocht is nog lastiger." De helling in de zogenoemde Arie Luyendykbocht is maar liefst 32 procent en kent een hoogteverschil van 4,5 meter. Die bocht ligt nu in het begin van de ronde.
Koersverloop
Zowel Hoolwerf als Kamminga hebben ervaring met het skeeleren over een circuit. In 2017 op het Europees kampioenschap in het Portugese Lagos veroverden zij allebei een medaille op de marathon. Hoolwerf pakte brons bij de junioren, Kamminga greep de titel. Toch zijn de rondjes niet met elkaar te vergelijken, stellen ze. "In Lagos was het parcours heel zwaar met veel hoogteverschil. Het had lange rechte stukken en was daardoor saaier. Dit parcours heeft meer bochten en zal meer koers opleveren", voorspelt Kamminga.
De mogelijkheid om deze week een verkenningsronde te rijden werd daarom door veel rijders met beide handen aangepakt. Net als in het autoracen moeten de skeeleraars namelijk hun 'bandenkeuze' bepalen. De skeeleraars hebben aparte wielen voor diverse ondergronden en omstandigheden. "Je krijgt ook een beetje een beeld hoe de wedstrijd kan gaan en daar kun je een tactiek voor bedenken", aldus Hoolwerf.