Leerdam en Verweij vol vertrouwen naar OKT

De Westlandse heeft er zin in. “Ik schaats nu alweer een stuk beter dan dat ik tijdens de World Cup-reeks deed, dus dat geeft me heel veel vertrouwen. Ik heb zin te laten zien dat ik een snelle tijd kan rijden. Dat is leuk, daar doe ik het voor. Dat gevoel van een belangrijke wedstrijd hebben, vind ik lekker. Vlak voor het OKT zal de zin wel iets minder zijn, omdat ik dan heel erg zenuwachtig ben. Tegelijkertijd weet ik dat ik dan beter presteer. Verwachtingen vind ik altijd lastig. Ik hoop dingen en dat kan alleen maar als ik goed rijd, dus daar focus ik me op. Natuurlijk wil ik mij plaatsen voor de Spelen. Als ik goed schaats, moet dat lukken.”

Voor Koen Verweij is het OKT erop of eronder. ”Natuurlijk is het onwijs spannend, maar ik zie het niet als extra spanning. Mijn bijzondere route richting het OKT is wel als een voordeel. Ik heb volledig naar deze wedstrijd toe kunnen werken. Ik wil de mass start, team pursuit en 1500 meter rijden, en de 1000 meter kan erbij komen. Deze afstand reed ik ook op de vorige Spelen. Ik denk dat als ik in vorm ben, dat het allemaal haalbaar is op mijn laatste OKT, al ben ik daar niet mee bezig. Ik denk dat, als je zo’n gedachte toelaat, je er dan ook heel anders ingaat. Dan heb je wat te verliezen. Zo zie ik het niet.”

Leerdam vult aan: “Op het OKT heeft Koen alleen maar dingen te winnen. Op dit moment zijn er anderen die beter zijn. Dat is gewoon zo. Het kan louter positief uitpakken voor hem. Ik begin met de 1000 meter, dat is voor mij wel fijn. Dan ben ik vooral met mijzelf bezig. Daarna weet ik niet hoe ik zal zijn, omdat ik niet eerder in deze situatie heb gezeten. Steeds wanneer we er samen moesten staan, had Koen iets met zijn lichaam. Op die momenten vond ik dat supererg, maar je moet dat kunnen loslaten. Anders kun je zelf niet meer presteren en dan hebben we allebei niks. Ik kan gelukkig makkelijk switchen, zo is gebleken."

"Als ik die 1000 meter goed gereden heb, dan weet ik zeker dat die andere afstanden (500 en 1500 meter) ook prima zullen gaan. Dan kan ik ook met een gerust hart naar Koen kijken. Je bent altijd wel met elkaar bezig, maar ik probeer het wel los van elkaar te zien. Anders krijg ik het heel moeilijk."

Verweij biecht ondertussen op: “Ik ben zenuwachtiger voor een rit van Jutta dan voor mijn eigen ritten. Je hebt er zelf dan geen invloed op. Dat maakt het ook extra spannend. Soms wil je het heel goed voor de ander doen, maar dan moet je eigenlijk op jezelf letten. Ik denk dat we dat inmiddels weten van elkaar hoe we daar het best mee kunnen omgaan. Je leert dingen bij elkaar herkennen, waardoor één blik voldoende is om te weten hoe de ander ervoor staat en wat er nodig is of juist niet. Als Jutta mij aankijkt, dan weet ze genoeg. Soms positief, soms negatief.”

Zij zegt lachend: “Koen is heel verschillend. Of hij is heel irritant druk en maakt veel grappen, óf hij heeft een kort lontje. Nu merk ik meer het eerste bij hem. Hij is nu best druk. Dat is een teken van oplopende spanning. Dat is alleen maar positief. Bij mijzelf is het heel verschillend. De ene keer rijd ik heel goed vanuit een bepaalde kritische blik naar mezelf, soms rijd ik hard omdat ik juist heel zelfverzekerd ben. Over het algemeen ben ik misschien iets stiller. Ik ben iets minder in voor een lolletje, omdat ik heel erg gefocust en op mezelf ben gericht. De mate hierin verschilt wel per wedstrijd. Koen is af en toe kritisch op mij. Dat doet hij expres, zodat ik scherp blijf. Hij weet: zodra ik heel scherp ben, ga ik nog harder rijden. Ik zeg juist de positieve dingen tegen hem. Die belicht ik. Zo zit ik ook in elkaar. Ik wil hem zelfvertrouwen geven. Ik ga geen dingen verzinnen en niet liegen, maar als ik positieve dingen bij hem zie, zeg ik dat. Dat kan hem ook weer verder helpen. Af en toe geeft Koen mij juist veel zelfvertrouwen, omdat hij ook weet dat ik daar ook heel goed op ga. Dus hij is kritisch, geeft me vertrouwen en laat me dan los.”

Verweij bevestigt dat idee,  “Ik weet dat Jutta van extreme spanningen houdt en echt naar momenten toe werkt. Ik vind haar nu relaxter. Ik zie het ook tijdens het schaatsen. De timing is beter. Daaraan kan ik wel zien dat ze hard zal rijden. Bij ons speelde er ook nog heel veel andere dingen de laatste tijd. We hebben een eigen team opgezet. Dat vergeten mensen wel eens. Dat is voor ons wel echt wat anders. Het is niet de makkelijkste route die je kunt kiezen in het schaatsen.” 

“Sinds Corendon heeft getekend als nieuwe partner van onze ploeg, ervaar ik rust. Daarvoor was het echt heel moeilijk. En dat uitte zich bij mij in rugklachten. Een beslissing bij een bedrijf wordt niet binnen één dag genomen. Dat duurt soms weken of maanden, vooral tijdens een pandemie. Door Jutta’s prestaties is zij echt het boegbeeld van ons team. Ik vind het extra knap als zij zich kwalificeert. Het zal een mooie beloning zijn. Hoe ze het doet, ook gezien haar betrokkenheid bij het team, vind ik superknap. Daar heb ik heel veel respect voor. Iedereen in onze ploeg heeft een megastap gemaakt. Dat is cool en een prachtige bevestiging. Het zou mooi zijn als ik dat zelf ook kan laten zien tijdens het OKT.”

Het is opvallend te zien hoe mentaal sterk Leerdam is en hoe eenvoudig ze bij zichzelf kan blijven. “Mijn hele leven kan ik me al makkelijk afsluiten van meningen van anderen. Dat komt voort uit zelfvertrouwen en het vertrouwen dat ik krijg van de mensen om me heen. Dan kunnen bepaalde dingen je denk ik niet raken. Ik heb een heel lieve familie, op wie ik altijd op kan terugvallen. Dat is mijn basis. En in dit geval vind ik ook een stabiele basis bij mijn coaches en Koen. Zij gunnen mij alles en delen mijn doel. Ik focus me op het positieve. Soms komt het negatieve wel binnen, maar ik ben een open persoon en bespreek ik het dan meteen. Ik krop het niet op. Ik kan me uiten en vanuit daar krijg ik weer vertrouwen vanuit mijn omgeving. Dat is fijn.”

En Verweij zou Verweij niet zijn als hij zonder bravoure zou afsluiten. “Als je je in Nederland ertussen kan rijden en kunt winnen, kun je dat internationaal ook. De mensen die internationaal hebben gewonnen, daar heb ik al eens van gewonnen, dus waarom nu niet?”