Na het WK vorig jaar november voelde de Friese Vonk dat ze op de automatische piloot reed. Jarenlang was zij onderdeel van het KNSB Talent Team Noord, maar het was tijd voor een nieuwe prikkel. “Ik wilde nieuwe inzichten krijgen door een andere manier van trainen. Ik dacht: als ik het nu niet doe, krijg ik daar later spijt van.”

“Met de nationale selectie zijn we naar Terni geweest ter voorbereiding op het WK en zo ben ik erin gerold. Mijn huidige trainer én vriend zei als grap: 'Kom maar deze kant op en kijk wat je ervan vindt'. Ik heb twee weken meegetraind en het beviel hartstikke goed.” En zo pakte de inwoonster van Appelscha haar spullen en verhuisde ze in december naar Italië.

Daar aangekomen moest Vonk wennen aan het niveauverschil. “Zowel fysiek als mentaal moest ik een stap maken. Dat heeft wel even geduurd. Elke training werd ik voorbij gestoven en reed ik op achterstand. In Nederland was iedereen aan elkaar gewaagd, waardoor ik niet de drive voelde om er voorbij te willen. Ik heb het afgelopen jaar twee keer zo hard moeten werken om beter te worden.”

“Daarnaast is de mentaliteit heel anders in Italië. Iedereen traint om het EK te winnen. Plek twee en drie zijn niet goed genoeg. Maar het is geen competitie tijdens de trainingen. Iedereen wil elkaar helpen om beter te worden en dat merk je aan alles. Mijn clubgenoten zijn heel sociaal.”

Foto: Eigen archief Berber Vonk

Tijdens competities is dit wel anders. “Elke wedstrijd voelt aan alsof je een titeltoernooi rijdt. Er is geen respect voor een ander, helemaal niet als je – zoals ik – uit een ander land komt. Er wordt veel geduwd en getrokken. Daardoor merk ik dat ik mentaal sterker ben geworden. Als je een beuk krijgt, moet je daar maar mee dealen. Zo gaat dat. In Nederland kon ik een hele wedstrijd op kop rijden en alsnog op het podium eindigen. In Italië kan dat niet, daar zijn ze allemaal veel te goed. Je moet hier iedere wedstrijd 100% zijn, anders haal je de topvijf niet.”

Tot nu toe verloopt Vonks seizoen wisselvallig. Vlak voor het NK op de weg werd ze ziek, waardoor ze de eerste dag niet goed kon presteren. Op de tweede dag viel ze tijdens de marathon en brak zij haar pols. Ook anderhalve week geleden in L’Aquila kende ze pech. Tijdens de afvalkoers viel Vonk en op de puntenkoers moest ze uitstappen, terwijl ze tevreden was met de 500 meter. In de marathon – die onderdeel was van de World Inline Cup – eindigde ze op een knappe vierde plaats.

“Momenteel ben ik veel beter dan vorig jaar. Zo merkte ik afgelopen zondag tijdens de marathon dat ik meer energie en power had. Mijn conditie is sterk verbeterd. Daarnaast heb ik weer plezier gekregen in het skeeleren. De keuze om te verhuizen heeft alleen maar positief uitgepakt.”

Foto: Neeke Smit

De kers op de taart zou voor Vonk het EK in eigen land zijn, in september. Via verschillende wedstrijden – waaronder het NK Baan van vrijdag en zaterdag in Rijssen – moeten de inlineskaters zich laten zien om zo door de bondscoaches geselecteerd te worden voor de strijd om de Europese titels. Voor sommige rijders levert het selectieproces veel onzekerheid op, want op welke wedstrijd moet je nu in topvorm zijn? De 25-jarige Vonk kan hier goed mee omgaan. “Vorig jaar had ik hier meer problemen mee gehad, maar in Italië moet ik sowieso elke wedstrijd goed zijn. Als ik niet goed genoeg ben, rijd ik niet. Daar moet ik het mee doen,” vertelt ze nuchter.

En als ze op het EK staat, wat is dan haar doel? “Een medaille halen op één van de lange afstanden. Puntenkoers, afvalkoers, marathon, maakt niet uit. Het doel is met plezier rond rijden en dan komen het resultaat en de medaille vanzelf.”