Liggend op zijn bed in het hotel waar de mannen van Sportchalet Viehhofen verblijven doet Middelkoop zijn verhaal en beantwoordt hij rustig alle vragen. Hoe het kan dat hij nog een halve wedstrijd met een gescheurde milt kon rondrijden, bijvoorbeeld. Want dat was de diagnose die de Zweedse artsen na diverse tests en scans bij de Culemborger stelden. "Ik wilde absoluut niet opgeven", vertelt hij. "Toen ik viel voelde ik al direct dat het niet goed zat. Ik had veel pijn, vooral in mijn buik. Het viel niet mee, maar op adrenaline heb ik de finish kunnen halen. Dit seizoen is nog niet echt top verlopen, dus ik wilde gewoon niet eerder stoppen."
Direct na de finish in de door Marthijn Mulder gewonnen Grand Prix blijkt al gauw dat het niet goed gaat met Middelkoop. Hij klapt voorover en op het moment dat de spanning van de wedstrijd langzaam uit zijn lijf wegtrekt intensiveert de pijn nog meer. Met de nodige hulp komt hij aan bij de EHBO'ers die in de buurt van de streep hun vaste post hebben, al gauw wordt besloten hem naar het ziekenhuis te brengen. Om eventuele verdere schade te voorkomen wordt hij vastgebonden totdat duidelijk is wat hem mankeert.
Een derdegraads miltruptuur is de conclusie. Middelkoop ligt tweeënhalve dag op de intensive care en mag slechts een bezoeker ontvangen. De tijd doden terwijl je moederziel alleen in een Zweeds ziekenhuis ligt is niet echt makkelijk, toch weet hij zich in goede handen. "Eigenlijk mocht ik helemaal geen bezoek krijgen, maar dat hebben ze wel toegestaan. Mijn ploegleider Jan Dirk Corts is direct al meegegaan naar het ziekenhuis en heeft later nog een keer een bezoekje gebracht. Een dag later zijn mijn moeder en schoonzus deze kant op gekomen en mochten zij ook bij me en toen ik weer op de gewone afdeling lag mochten zij vaker op bezoek. Het was wel fijn om weer wat bekenden te zien."