Twee jaar geleden op het WK Junioren in het Italiaanse Bormio, reden Xandra Velzeboer, Georgie Dalrymple, Anne Floor Otter en Marijn Wiersma op de relay naar het goud in een nieuw (jeugd)wereldrecord. De lat lag dus hoog voor Xandra’s twee jaar jongere zus Michelle Velzeboer en haar teamgenotes Daleman, Deltrap en Van Oorschot. Ze reden een sterke finale. In het grootste deel van de race lag Nederland steady op positie twee achter de Canadezen. Het was stuivertje wisselen rondom positie drie voor de Koreanen en Hongaren. Met nog drie-en-een-halve ronde te gaan, wist Van Oorschot Daleman prachtig af te vuren. Ze namen zelfs de koppositie over. Daleman loste Velzeboer succesvol af, die vervolgens de laatste twee rondes reed. Het werd bloedstollend spannend. Aan het begin van de laatste bocht wist Canada toch nog een gaatje te vinden en sloop binnendoor bij Nederland. Velzeboer hield de overige twee landen knap achter zich, waardoor ze het zilver voor Nederland veiligstelde.
Terug in het hotel overheerste er bij de vier relaymeiden het gevoel van de winst van het zilver in plaats van het verlies van goud. Diede van Oorschot laat weten dat de voor haar onverwachte bronzenmedaille op de 1000 meter vleugels heeft gegeven voor de relay. “Toen ik op het ijs stapte, zat ik nog helemaal in die vrolijkheid.” In koor voegen de meiden er met z’n vieren aan toe dat het hen allen vleugels heeft gegeven. Velzeboer: “En het laat zien dat we een heel goed team zijn”.
Van Oorschot: De bocht voordat we naar de koppositie snelden, had ik bewust al wat wijder opgezet om meer snelheid te maken dan de tegenstanders. Angel kwam op het goede moment in.” Evenals op het ijs vult Daleman haar teamgenote geruisloos aan: “En die Canadese maakte een misser, dus ik dacht: ‘Dit is onze kans en ik ga gewoon naar één.’ Dat meisje viel ook helemaal stil. Door het brons van Diede eerder op de dag dacht ik: ‘Ok, we gaan alles geven op de relay.’ Mijn 1000 meter was teleurstellend verlopen. Ik had ook nog een penalty gekregen. Zilver met het team, maakt me extra blij.”
Velzeboer analyseert nog eens de laatste twee rondes van de relay: “Ik kreeg een goede duw van Angel en probeerde snelheid te blijven maken door wijd - en met twee slagen - de bocht in te gaan. In de laatste ronde wist ik dat de Candese zou komen (dit was Florence Brunelle, de kampioene van de 500 en 1000 meter red.). Ik probeerde nog de bocht dicht te houden, maar dat was niet genoeg helaas. Toch denk ik dat dit het hoogst haalbare was. Voor mij was het ook wel even schakelen na de 1000 meter. Ik was teleurgesteld, want ik had niet slim gereden. Ik weet dat ik veel beter kan, dus ik heb niet kunnen laten zien wat ik waard ben. Dat was jammer, maar dan moet de knop toch om voor de relay. Deze is heel goed gegaan, dus daar ben ik erg blij mee. Dat mijn zus met haar team twee jaar geleden wereldkampioen is geworden, stimuleerde om het ook te willen bereiken. We zijn dichtbij gekomen, dus dat is hartstikke leuk. Verder was ik daar niet mee bezig, want niemand van de meiden die daar waren, is hier. We zijn met een compleet nieuw team, dus eigenlijk kun je dat niet vergelijken. Het voelt echt dat we zilver hebben gewonnen.”
Voor Zoë Deltrap maakt de teamprestatie ook een hoop goed. “Zaterdag was voor mij een teleurstelling. Ik denk dat ik beter had kunnen eindigen. Te gretig zijn, lag hieraan ten grondslag en de zenuwen die erbij kwamen kijken. Na de gele kaart die ik kreeg, moest ik nog de halve finale van de relay goed zien te rijden om ons te plaatsen voor de A-finale. Het gaf een fijn gevoel voor zondag dat dit gelukt was. Bovendien moet je in het shorttrack snel kunnen schakelen. De relay is ook weer anders. Ik wilde alsnog laten zien wat ik waard was, dus erg mooi dat we dit met elkaar hebben gepresteerd.”
Bij de mannen stonden Jenning de Boo, Daan Kos, Bas van der Valk en Idse van Benthum zaterdag aan de start van de halve finale. De mannen kwamen ten val. Ze wisten nog sterk terug te komen, maar kwamen slechts tweetienden van een seconde tekort voor een plek in de eindstrijd om de medailles. Zij moesten zondag genoegen nemen met de B-finale. Ze troffen hier Canada, Korea en de Verenigde Staten. Ook de mannen lagen lange tijd op tweede positie. Met nog twaalf rondes te gaan, verloor Korea de koppositie door een val. Ondertussen waren de Canadezen en Amerikanen binnendoor gekomen. Met nog vier rondes op het rondenbord gingen de Amerikanen onderuit. Er was een behoorlijk gat ontstaan tussen Canada en Nederland, maar in de laatste twee rondes trapte Daan Kos van KTT Zuidwest het gaspedaal extra in. Hij kwam slechts een kleine tiende van een seconde tekort op de eindstreep en werd alsnog tweede met zijn team.
Het KTT-succes
Trainer van het KNSB Talent Team (KTT) Zuidwest Benny Bruggemans voerde samen met de trainer van het Wadro KTT Noord Dave Versteeg en Jetkse Wiersma - Hoofdcoach Talentontwikkeling KNSB – de juniorenploeg aan in Polen. Voorafgaand aan het toernooi liet Bruggemans al weten dat we met een bijzondere ploeg te maken hadden. “Op dit WK junioren waren we vanuit Nederland met acht debutanten. Dat maakt het al heel speciaal en nieuw voor iedereen. Vanuit Europa weet je wel een beetje wat de verhoudingen zijn. En Canada kenden we ook al redelijk. Daar hebben we een trainingskamp mee gedaan eerder dit jaar. Vanuit Amerika en Azië weet je het gewoon niet, dus dat viel echt niet tegen.”
In totaal behaalde de Nederlandse juniorenequipe eenmaal goud, tweemaal zilver en brons op de WK Junioren Shorttrack in Gdańsk. Bruggemans geeft een duidelijke verklaring voor dit succes. “Deze groep gaat heel leuk met elkaar om. Ze slepen elkaar er doorheen en ze groeien echt in zo’n week. Na de trials wisten Dave en ik dat wij hier in Polen de coaches zouden zijn. We hebben het gehele proces met elkaar gedeeld, ook met Niels Kerstholt (trainer van KTT Midden-Oost). Ieder doet dat natuurlijk op zijn eigen manier. Niels deelde ook informatie over zijn sporters met Dave en mij, zodat wij hier allemaal op de hoogte waren van wat we hier wilden doen.
De rijders werden mentaal ook klaargestoomd voor het juniorenwereldtoneel, verklapt Bruggemans: “Toen ze zich eenmaal gekwalificeerd hadden, hebben we bij elkaar gezeten om alles door te nemen: Wat staat je te wachten? In wat voor setting kom je terecht. Hoe zien de dagen eruit? De vrijdag is altijd een hele lange dag met veel ritten. Dat is fijn om te weten, want dan kun je je daarop instellen en voorbereiden. Op de zaterdag - als je de rondes doorkomt - heb je weinig tijd tussen de races. Al dat soort zaken hebben we van tevoren samen in detail behandeld.”
De drie KTT-coaches werken opvallend goed samen. Bruggemans beaamt dit. “Als coach ben je altijd competitief. Daar ontkom je niet aan en ik schaam me er niet voor. Dat zijn Niels en Dave ook. Tegelijkertijd zien we het gezamenlijke belang om de sporters te helpen en tot goede prestaties te komen. In dat opzicht vinden we elkaar altijd om er met z’n drieën voor te zorgen dat wij al onze rijders kunnen bedienen. De schaatsers die bij mij in de ploeg zitten, worden door mij gecoacht en de sporters van Dave worden door hem gecoacht. Vanaf dag één hebben we de rijders van Niels opgenomen in de groep. Dat is heel natuurlijk verlopen. Of een rijder bij Dave, Niels of bij mij traint, het maakt niet uit. We zijn er voor iedereen.
Shorttrack typeert broederschap, zowel onderling bij de coaches, de rijders als de meegereisde ouders op de tribune in Gdańsk. En dan gaan toch de gedachten weer naar de wrede realiteit buiten het Hala Olivia ijsstadion. Was iedereen in de wereld maar een klein beetje shorttracker…
Meer informatie over de WK junioren shorttrack vind je hier
Alle live uitslagen zijn hier te vinden