Esther Kiel kan niet wachten op de eerste marathon

Geen Sandrine Tas of Marijke Groenewoud als tegenstandsters, maar wat maakt het uit? Als je wilt zegevieren, moet je iedereen de baas zijn. En dat was het geval op de late zondagavond in Deventer, lang nadat de laatste afstanden van de IJsselcup waren verreden. Kiel won afgetekend, voor Myrthe de Boer en Maaike Verweij. Ze doet mee aan de serie van vijf mass startwedstrijden omdat ze het ‘gewoon erg leuk vindt en de races een prima opwarmer vormen voor het werk dat in het verschiet ligt’.

Dat heeft alles met ambities te maken. Kiel mikt namelijk op twee routes deze winter, oftewel ze verdeelt de aandacht tussen de langebaan en de marathon. Wat de eerste discipline aangaat, de resultaten wijzen in elk geval uit dat ze er prima voorstaat. Zaterdag trad ze aan op de 1500 meter van de IJsselcup. Kiel had een extra handicap te overwinnen, want opponente Helga Drost liet op het laatste moment verstek gaan. Desondanks rolde er in haar solorit een tijd uit van 2.00,84, die na het rijden van alle veertien paren de snelste bleek te zijn.

“En dat op de eerste 1500 meter van het seizoen. Echt, dit is boven elke verwachting”, erkende ze. “Ik kom al jaren uit op deze afstand, dus de ervaring heb ik wel, maar dat betekent natuurlijk niet dat ik dan ook direct kan winnen. Dit is een opsteker hoor, en misschien ook het bewijs dat de andere weg die ik vorig jaar ben ingeslagen, een juiste is.” Ze doelde op de overstap naar de marathonploeg van BDM-BTZ, die ze als een ‘gezellige club’ omschrijft waar ze erg op haar gemak is. “In de trainingen doen we veel samen met de mannen van Sprog. Door achter hen aan te rijden ben ik beter, sneller geworden. Daarnaast kan ik de langebaantrainingen van het KNSB Talent Team met de hoofdtrainer van BDM- BTZ, Jack de Rijke, blijven volgen. Jack ondersteunt namelijk Peter Kolder bij het KTT.”

Ze is er gelukkig mee en gaf aan dat ze inmiddels het plezier dat aan het eind van het vorig seizoen grotendeels was verdwenen, helemaal heeft hervonden. “Toen ging ik met tegenzin naar de baan, nu is het volop genieten van wat ik doe.” Geen wonder dat ze uitkijkt naar de eerste confrontatie voor de marathonvrouwen, komende zaterdag op de Jaap Edenbaan. “We hebben een superteam, ik heb er heel veel zin in! Trouwens, ook in het WCKT: laat maar komen die wedstrijden!”