Tickets
Shop
Langebaan 27 okt 2023

Kwalificatie komt voor Sebas Diniz niet als een verrassing

Achter Merijn Scheperkamp klokte Sebas Diniz op de 500 meter de tweede tijd van de avond (34,70). Ook in de tweede omloop bleef de 21-jarige sprinter ruim onder de 35 seconden en dus mag hij zich gaan opmaken voor z’n World Cup-debuut. Voor de buitenwacht komt de prestatie van Diniz wellicht als een verrassing, zelf denkt hij daar anders over.

Foto : Soenar Chamid

“Ik heb al eerder bewezen dat ik snelle tijden kan rijden”, zegt Diniz. “Voor de start voelde ik me goed, ik wist namelijk dat ik in vorm was. Dat had ik al gemerkt in trainingen en tijdens trainingswedstrijden.” Toch voelt het voor de schaatser van Team IKO wel als zijn definitieve doorbraak. “Vorig jaar kwalificeerde ik me nét niet voor de World Cups. Het scheelde toen maar vijf honderdsten. Nu rij ik me er comfortabel tussen, dat is fijn.”

Voor schaatsers als Merijn Scheperkamp, Kai Verbij en Hein Otterspeer (zij wisten zich ook te kwalificeren) is het rijden van World Cups niks nieuws. “Voor mij wordt het even wennen”, beseft Diniz. “Er komen veel nieuwe dingen op me af. Maar dit zijn de wedstrijden die je wilt rijden. Vorig jaar moest ik ze op televisie bekijken, nu ben ik zelf van de partij.” Diniz zegt met veel ambitie te vertrekken naar Azië. “Ik wil daar mooie dingen laten zien.”

Kai Verbij zoekt naar stabiliteit en dat begint met wedstrijdritme
Na het slechtste jaar uit de carrière van Kai Verbij is het deze winter alles of niets voor de sprinter uit de stal van Jac Orie. Tot nu toe gaven de trainingswedstrijden - naar eigen zeggen - weinig hoop, maar vrijdagavond produceerde Verbij een knappe 34,81. Dat leverde hem in het klassement na twee afstanden een prima derde plek op. Verbij heeft daarmee weer aansluiting na een seizoen waarin hij bleef worstelen met een liesblessure. 

“Heel erg opgelucht”, zei Verbij. “Ik denk ook dat de trainers het niet per se zagen aankomen, in de training ging het op tempo wel aardig. Na de eerste race vroegen ze zich echt af waarom het zo slecht was. Ik was er heel erg mee bezig, misschien te veel. Ik trapte volgens mijn trainers te ver naar achteren, ik wist niet waar ik qua vorm stond. De zenuwen waren in de tweede race weg, ik zette beter af. Net op tijd.” 

Kai Verbij perste er een knappe 34,81 uit, maar is nog niet stabiel genoeg om mee te doen voor de prijzen op internationaal niveau. | Foto : Soenar Chamid

“Het kan nog veel beter, daar doe ik mijn uiterste best voor”, ging Verbij verder. “Ik krijg nu in ieder geval weer mooie wedstrijden waar ik me kan laten zien en ritme kan opbouwen. In de trainingsraces reed ik tot nu toe niet harder dan 35,2, het is mooi dat het lukt om er snelle rondjes uit te stampen. Dan gaat het vanzelf beter, dan kan ik met meer controle rijden. Hopelijk kan ik dat dan doortrekken tijdens het seizoen.” 

Verbij opende de avond op de eerste 500 meter met een 35,4. Veel te langzaam, weet de man uit Leiderdorp. “Ik heb niet de controle om dit keer op keer te doen, dat moet wel. Op een WK heb je maar één kans, met zo’n tijd van de eerste race ben je een van de laatsten.” 

Voor Diniz, die opgroeide in Borne (“ik zat vroeger bij het zusje van Joy Beune in de klas”), is het zijn tweede seizoen bij IKO. De sprinter zit er goed op z’n plek. “Het is een fijne ploeg. Ik merk dat het hele team veel vertrouwen in mij heeft, ook al doe ik soms dingen op een andere manier. Zo sta ik bijvoorbeeld minder vaak op het ijs dan andere jongens, omdat ik me vooral op de 500 meter richt. Dat is echt mijn afstand. Daarom doe ik veel krachttraining en bijna alles is gericht op explosiviteit.”

Foto : Soenar Chamid

Hoeven we dan zondag niet op hem te letten tijdens de 1000 meter? “Normaal gesproken niet”, lacht hij. Dit is echt mijn ding. De 1000 meter rijd ik echt vanuit de 500 meter. Dat betekent een heel snelle eerste anderhalve ronde en daarna heel hard strijden.”

Diniz heeft een Nederlandse moeder en een Britse vader. “Maar mijn vader is in Kenia geboren. Ik beschik zelf over een dubbele nationaliteit, ik zou daarom ook voor Groot-Brittannië mogen uitkomen. Het heeft wel eens door m’n hoofd gespookt, maar ik wil het liefst voor Nederland uitkomen. Hopelijk ooit op de Olympische Spelen, nu eerst in de wereldbekers. Blijkbaar ben ik op de goede weg.”


Deel dit artikel op
Ben jij een echte schaatsfan? inschrijven als schaatsfan