Roest kwam als eerste van de favorieten in actie en trok zijn vorm van vrijdag door. De allroundkampioen klokte 1.44.04 en de vier mannen in de ritten daarna beten zich er allemaal op stuk. “Ik heb niks te klagen”, zei Roest. “Uiteindelijk draait het om het halen van de top-vijf, maar twee keer winnen is zeker mooi.” Roest maakte het verschil met een ijzersterke slotronde van 26,9 seconden, hij putte daarvoor inspiratie uit Enrico Fabris: “Die presteerde het om drie 26’ers te rijden op de 1500 meter, dat vond ik onwijs mooi om te zien. Dat het mij ook lukt, daar ben ik erg blij mee.”
Alleen Nuis kwam met 1.44,28 – goed voor de tweede plek - nog dichtbij. Hij toonde daarmee aan dat de griep van de voorbije weken hem geen parten meer speelt. Hoewel, de tank is toch wat sneller leeg: “Ik reed gisteren in de training een paar temporondjes en toen merkte ik dat het nog ging. Het is maar drie rondjes, maar ik merkte wel dat het sneller op is dan normaal. Ik ben vooral trots dat ik ben gaan rijden en dat het gelukt is.”
Nuis had zijn lot door de ziekte in handen van de KNSB Selectiecommissie kunnen leggen, maar ging liever strijdend ten onder. “Ik heb goed contact met ze en ben heel transparant geweest dat ik misschien niet zou rijden. Ik voelde er vorig jaar heel ellendig bij dat ik niet kon rijden, ik ging liever strijdend ten onder. Gelukkig valt het nu mijn kant op.”
Het WCKT is voorlopig een toernooi vol verrassingen, maar Reggeborgh overheerste op de 1500 meter. Is daar een verklaring voor? "Dat is lekker, maar we staan er over het algemeen wel goed voor", zegt Nuis.
Wesly Dijs legde het in een rechtstreeks duel af tegen Roest, maar pakte wel een startbewijs. Hij werd derde. Thomas Krol en Louis Hollaar maakten de top-vijf compleet, ook zij mogen de tickets naar Azië boeken.