Group 2
arrow copy Terug
Langebaan 11 aug 2024

Verborgen krachten: ‘Kijker met de hand’ en duizendpoot Erik Wink

De atleten en hoofdcoaches staan vaak in de spotlights, maar er zitten ook drijvende krachten achter een schaatsploeg. Een van hen is Erik Wink. De taken van de fysiotherapeut van Team Albert Heijn Zaanlander gaan verder dan de lichamelijke kwaaltjes van zijn atleten verhelpen.

Foto : Vincent Riemersma

Een kapotte veter? Een laatste check of de transponder om is? Mentale support voor de start? Hoewel in zijn functieomschrijving fysiotherapeut staat, is Erik Wink meer dan dat. “Ik ga als fysio mee voor de medische begeleiding, maar ik heb op het middenterrein ogen van achteren en van voren. De schaatsers moeten me kunnen vinden. Daarbij moet ik te allen tijde rustig blijven. Wanneer ik over het middenterrein vlieg, denkt de sporter dat er een probleem is. Als begeleiding zorgen wij ervoor dat de sporters zo goed mogelijk het ijs betreden en dat de adrenaline pas vrijkomt als zij aan de start staan. Dat stukje begeleiding is meer dan alleen fysiotherapeut zijn, maar iemand anders zou dat ook kunnen doen. Het is allemaal niet zo spannend.” De woorden van de 60-jarige Wink typeren zijn karakter. Een bescheiden en rustige man, die graag op de achtergrond zijn rijders faciliteert. “Je staat in dienst van de sporter en de prestatie. Klikt het niet, dan is het een heel harde wereld die zomaar weer afscheid van je neemt.”

Bijzondere massagetafel
Erik Wink heeft een mooie manier gevonden om bij te houden welke sporters hij alleemaal behandeld heeft. Elke atleet die bij Wink op de massagetafel ligt, wordt gevraagd om een handtekening. Van Jorrit Bergsma tot Irene Schouten, maar ook van Alexis Contin tot Lindsay van Zundert. “Als ik een oud mannetje ben in het bejaardentehuis, hang ik hem misschien aan de muur. Ik vond het grappig om te doen en inmiddels is het een traditie geworden. Helaas heb ik sindsdien al wel moeten switchen van massagetafel.”

Vele toppers hebben hun handtekening gezet.

Per toeval rolde Wink in de schaatswereld. “De vader van een vriend zocht in 1995 een fysiotherapeut voor zijn marathonteam. Een fysio wordt vaker gevraagd voor een sportploeg. Meestal is dat bij het voetballen, maar daar ben ik niet zo’n fan van. Dit verzoek leek me daarentegen wel grappig.” En zo hielp hij in dienst van Van Lingen Keukens Arnold Stam, Henk van Benthem, Rudi Groenendal en Peter de Vries bij hun lichamelijke kwalen. “Zo rolde ik ineens, geheel bleu, in het marathoncircuit. Daar ben ik blijven hangen, onder meer ten tijden van de Elfstedentocht in ’97.”

“Het was heel bijzonder om die Elfstedentocht mee te maken tijdens mijn tweede winter in de marathon. Ik viel met mijn neus in de boter. Hoe ik ’s ochtends vroeg bij de kooi stond en het hele spektakel kon meemaken, geweldig”, vertelt Wink enthousiast. “Het was voor het tijdperk van de mobiele telefoons, alles moest voor de koers afgesproken worden en we hoopten dat het goed zou gaan. Van tevoren moest ik als fysio naar alle klachtjes en kwaaltjes kijken. Tijdens de tocht was ik de controle helemaal kwijt, gedurende de wedstrijd kon ik niet bijsturen. Het was heel hectisch. Het enige wat ik kon doen was af en toe een bidonnetje aangeven.”

Na avonturen bij verschillende topploegen stopte Wink in 2011 als fysio in de marathonsport. “Ik had een gezin met jonge kinderen. Zo’n baan vergde veel van me. Als het vroor, brak de hel los. Dan werd verwacht dat ik à la minute alles kon regelen om de volgende dag aanwezig te zijn op het ijs. Op een gegeven moment was ik tien keer naar de Weissensee geweest en een aantal keer naar Finland en vroeg het te veel van het thuisfront. Daarom zette ik er een punt achter.”

In Winks laatste jaren in de marathonsport was hij fysio met Jillert Anema voor Time Out Sport en BAM. De Fries was hem twee jaar later niet vergeten en belde hem op. Hij had een fysio nodig en wilde dat Wink in september naar Erfurt zou komen. “Jillert gaf aan dat het beter georganiseerd was dan de marathon, omdat alle wedstrijden al bekend waren van tevoren. Ik zou daardoor beter kunnen plannen. Niets bleek minder waar…”, voegt de fysio van Albert Heijn Zaanlander eraan toe. Desondanks hoefde hij niet lang na te denken over het aanbod. “Het klinkt heel romantisch, maar ik vind het een voorrecht om voor mijn land een steentje te mogen bijdragen. En dan ook nog bij het schaatsen. Mijn moeder hield vroeger alles bij voor de televisie. Het zit ergens diep van binnen.”

Zo stond hij binnen een half jaar op het middenterrein van de ijsbaan van Sochi Jorrit Bergsma aan te moedigen, die op weg was naar de olympische titel in 2014. “In aanloop naar die wedstrijd gebeurde er heel veel. Dé strijd tussen Jorrit en Sven. Als jouw sporter dan wint, is er kippenvel. Er rolde wel een traantje over mijn wang. Ik vond het heel bijzonder een klein radartje in dat netwerk te zijn.” Het is een van de hoogtepunten die Wink opnoemt. Net als de eerste wereldtitel mass start van Arjan Stroetinga, de wereldrecords van Heather Bergsma – Richardson, de olympische gouden medailles van Irene en het WK-goud van Marijke Groenewoud op de mass start. “Dat zijn de mooie herinneringen.”

Hoewel Wink bescheiden blijft, heeft hij zeker zijn aandeel in die successen gehad. Voor de wedstrijden door te helpen bij de lichamelijke klachten en het lijf los te maken, tijdens de competitie door de sporters te faciliteren op het middenterrein en na afloop door de rijders te begeleiden bij de ceremonies en de doping. “Jillert is na de prestaties snel verdwenen. Hij knikt naar mij en dan weet ik dat ik bij de sporter blijf. Ik heb met alle atleten een vertrouwensband opgebouwd. Ik ken hun lijven en heb vaak aan een half woord genoeg.”

Voor Wink is het af en toe schipperen, want hij runt ook samen met een collega een praktijk, waarbij hij zich focust op chronische houdings- en bewegingsklachten. “Wanneer mensen mij bellen met klachten, kunnen ze pas over een maand terecht. Maar sporters kunnen geen maand wachten, die willen het liefst dat het probleem gisteren al verholpen was. Dan schuif ik in mijn agenda. Ik werk langer door of ze komen 's avonds of in het weekend naar mijn huis. Het werken in de dagelijkse praktijk is uitdagender gezien de complexiteit en diversiteit van klachten. De topsport is een rondreizend circus met een draaiboek, ik weet wat ik kan verwachten. Als iedereen fit is, kijken we wie de snelste is en is die spanning verslavend."

Bij een NK Afstanden weet Wink wat er van hem verwacht wordt, zoals een uitgeputte Sjoerd den Hertog vertellen dat hij een geweldige tien kilometer gereden heeft. | Foto : Vincent Riemersma

In de veertig jaren dat Wink actief is in zijn tak van sport, is de basis altijd gelijk gebleven. “We hebben nog steeds een lichaam met meer dan 600 spieren en 206 botjes. Dat is al zo sinds de middeleeuwen. Wel willen de zorgverzekeraars dat de mensen steeds zelfredzamer worden. Snel de sportzaal in voor oefeningen, waardoor het ouderwetse handwerken naar de achtergrond verdwijnt. Terwijl een eventuele functiestoornis eerst opgelost moet worden voordat je kunt beginnen met trainen. Ik merk dat jonge collega’s minder opgeleid zijn in dat ‘kijken met de vingers’. Een absolute verarming van de fysiotherapie.”


Deel dit artikel op
Ben jij een echte schaatsfan? inschrijven als schaatsfan