“Het is een rare tijd voor mij. Midden in het seizoen werd ik ineens geopereerd”, antwoordt Michelle de Jong op de vraag hoe het met haar gaat. “Voor de lange termijn was dit het beste moment. Ik heb de tijd om te herstellen en weer pijnvrij te bewegen. Dan hoop ik aan het einde van het seizoen nog heel even op het ijs te staan, maar dan zijn de wedstrijden geweest. Dat is wel jammer.”
Het was een lastig seizoen voor De Jong, zowel fysiek als mentaal. Op een trainingskamp in Inzell eind juli begonnen de problemen aan haar scheenbeen. Ze zette door en ging ervan uit dat de klachten tijdens haar vakantie zouden herstellen. Desondanks hield de pijn aan en stond ze vijf weken niet op het ijs. Op het World Cup Kwalificatietoernooi eind oktober leken de meeste problemen voorbij, ze miste nipt de kwalificatie voor de wereldbekers en verscheen alleen in Polen op het ijs. Daar werd ze nog achtste in de A-groep van de 500 meter en won ze een dag later de B-divisie. “Alles leek weer redelijk goed te gaan. Ik maakte stapjes, maar voelde dat het niet honderd procent was. We hadden alleen geen echte diagnose.”
“Ik zette alles op alles om bij het Daikin NK Afstanden eind december er weer bij te zitten. Ergens dacht ik wel dat het mogelijk zou zijn. Helaas kreeg ik op de wedstrijddag ook nog last van mijn andere been, waarschijnlijk omdat ik al maanden compenseerde met die knie. Alles liep in de soep en dat was voor mij de genadeklap. Er moest actie ondernomen worden en uitgezocht wat het was. Dat ging allemaal heel snel, voor ik het wist kon ik geopereerd worden.”
Na maanden van onzekerheid kon er eindelijk een sticker geplakt worden op haar klachten. De Jong leed aan het compartimentsyndroom. Door de grote belasting op haar scheen werd de druk in haar been te groot en kon ze niet vrijuit schaatsen. Eind januari werd ze geopereerd. “Van mijn enkel tot aan mijn knie hebben ze het vlies om mijn scheenbeen opengemaakt. Dan kan de spier beter groeien en is er een betere doorbloeding. Na een dag moest ik gelijk alweer wandelen, ook al deed het een beetje pijn. Dat klinkt heel gek, maar het vlies mocht niet opnieuw dichtgroeien. Nu wandel ik veel, rijd ik af en toe op mijn stadsfiets rond en doe ik oefeningen van de fysio. Het is pas een paar weken geleden, daarom is het afwachten hoe het zal herstellen.”
Opvallend genoeg worstelde Melissa Wijfje vorig seizoen met hetzelfde probleem. De allroundster van Albert Heijn Zaanlander had last van haar linkeronderbeen en miste de coördinatie op het ijs. Na enkele rondjes schaatsen verzuurde haar been al, wat uitstraalde naar haar enkel en voet. Het duurde ruim een jaar voordat bij haar de diagnose gesteld werd. Voor De Jong zijn de klachten herkenbaar. “Ik had ook heel veel moeite om de juiste slag te vinden. Technisch probeerde ik de klachten te omzeilen. Mijn bochten liepen niet en ik kon er heel moeilijk uithalen wat erin zat. Alleen de rechte stukken reed ik goed. Na 300 meter was het wel klaar. Heel anders dan vorig jaar, toen ik aan het WK Afstanden mocht deelnemen op de 500 én de 1000 meter.”
De Jong zocht contact met haar ploeggenoot Marcel Bosker, de vriend van Wijfje. “Ik wilde Melissa zelf er niet te veel mee lastigvallen. Zij reed weer goed en had een podiumplaats behaald op de World Cups, heel knap. Voor mij is zij een inspiratiebron, enorm hoopvol dat ze het zo snel voor elkaar heeft gekregen. Zij heeft langer met de klachten rondgelopen dan ik en dan is het mooi om te zien dat ze weer op het podium rijdt. Marcel heeft mij wat meer informatie kunnen geven”, vertelt de 24-jarige schaatsster.
Het is geen toeval dat de twee vrouwen beiden het compartimentssyndroom hebben (gehad). “Deze blessure komt vaker voor bij schaatsers, omdat je door het diepzitten heel veel druk opbouwt in je onderbeen. Het ontstaat via overbelasting. Omdat ik af en toe stapjes maakte in de goede richting, dachten we echter niet dat ik een blessure had waarbij een operatie vereist was. Het was zo lang zoeken, waardoor ik me onzeker voelde. Ik wist donders goed dat iets niet klopte, maar het bleef onduidelijk wat het was. Nu zijn de eerste stappen gezet om weer pijnvrij te worden en mijn linkerbeen net zo sterk te maken als de rechter.”