‘Als Orie goed had gekeken, zou hij hebben gezien dat ik ongelukkig was’

Bij de teampresentatie van Team Reggeborgh wordt Rijpma-de Jong met trots aangekondigd. “We hebben eindelijk een allroundploeg voor de vrouwen, ook al bestaat die maar uit één persoon”, constateert coach Gerard van der Velde grinnikend. De allround specialiste is zeer welkom, maar staat voor een uitdaging, na vorig jaar te hebben gekwakkeld met haar vorm bij Team Jumbo. Ze is terug aan de basis, legt Rijpma-de Jong uit: “Het voelt alsof ik met een rekje mijn bochten moet oefenen, haha. Ik was heel erg van de binnenkant af aan het rijden, als een soort leg press-schaatsbeweging. Vooral op de drie kilometer ging ik echt kapot. Technisch kan ik veel verbeteren.”

Deze vooruitgang moet Rijpma-de Jong zien te boeken in een constructie waar ze met de mannen van de lange afstanden meetraint, en met de vrouwen die thuis zijn op de sprintnummers. “Het doet veel pijn om met Patrick (Roest) mee te rijden, maar ik denk dat het mijn resultaten op de drie kilometer ten goede komt”, vertelt Rijpma-De Jong. “Ik haal technisch voordeel uit de trainingen met Marit (Fledderus) en Femke (Kok). Het verschilt erg van wat ik gewend was, dus het is gek dat ik geen referentiekader heb. Voor mijn gevoel heb ik een goede zomer gehad, maar in de wedstrijden kan ik pas zien hoe het eruit komt.”

Een jaar geleden was Rijpma-de Jong niet voor te stellen in het zwart-groene tenue. Zes seizoenen schaatste ze onder hoofdcoach Jac Orie waar ze talloze prijzen en verschillende wereldtitels behaalde. Toch was het tijd voor een nieuwe impuls. “Ik merkte dat ik niet meer verder kwam. De ploeg ging niet lekker, er was veel negativiteit. Het was aan Jac om het te herstellen, maar die had zijn hoofd bijvoorbeeld bij de nieuwe sponsor. Ik moest op zoek naar een plek waar ik door kon groeien. Daarvoor was dat het juiste moment, wetend dat ik nog twee jaar de tijd had voor de Olympische Spelen.”

Niet alleen door het gebrek aan groei en prestaties koos Rijpma-de Jong een andere weg. “Ik was totaal niet meer gelukkig het afgelopen jaar. Als Jac goed naar mij had gekeken, had hij het gezien. Het contractvoorstel voor verlenging lag er al, maar er was een reden dat ik niet met volle overtuiging wilde tekenen. Ik zat niet goed in mijn vel en kon niet doorgroeien naar het niveau dat nodig is om wereldkampioene te worden. Het was moeilijk om te zeggen dat ik niet verder wilde. Orie reageerde teleurgesteld, wat logisch is na zo’n lange samenwerking. Hij heeft mij als persoon en als schaatsster zover gebracht en met hem heb ik de wereldtitels behaald.”

De overstap naar de ploeg van Van der Velde ervaart Rijpma-de Jong als een warm bad. Ze vindt het belangrijk om vrijuit te spreken, iets wat ze eerder niet veel deed. “Het helpt mij mezelf terug te vinden. Wie ben ik als persoon en waar ga ik voor? Bij Jac (Orie) wist ik sportief gezien precies wat ik moest doen. Ik hoefde niet na te denken en ging gewoon. Maar dat ging uiteindelijk ten koste van mijzelf en daardoor mijn prestaties. Ik was altijd politiek correct omdat ik bang was om iets fout te doen. Het voelde veilig om niets te zeggen. Nu heb ik meer energie om te denken waar ik voor sta. Ik kan er beter mee omgaan als mensen een mening over mij hebben en ik vind het prima als dat niet altijd positief is.”

De zomer was een periode van herstel en vernieuwing voor Rijpma-de Jong. Ze beschrijft het als een proces: “Ik ben een ander pad ingeslagen. Als schaatsster weet ik wat ik wil, maar als persoon was ik het even kwijt. In deze omgeving start ik opnieuw. Volgend jaar moet het perfect zijn, al weet ik dat ik nog een weg te gaan heb.”

Rijpma-de Jong sprak zich een maand geleden uit over pestgedrag op LinkedIn, wat zij ervoer als roodharige. "Eerder zou ik dat nooit doen. Ik hield mij altijd op de achtergrond, maar ik durf nu mezelf te laten zien. Je mag trots zijn op wie je bent. Ik wil laten zien dat je er nooit alleen voor staat, hoe moeilijk de situatie ook is", vertelt Rijpma-de Jong.