Vrijdag twitterde ze nog een beetje teleurgesteld: “Geen beste races vandaag. Te slappe benen, zat geen streksnelheid achter mijn afzet. Balen. 500 morgen, even focus op de goede techniek.” Op zaterdag startte ze in de voorlaatste rit tegen landgenote Laurine van Riessen. In de opening moest ze Van Riessen voor laten gaan, maar in de bocht erna kwam Van Riessen ten val. “Ik zag haar in mijn ooghoek gaan. Dan schrik je toch want de baan is hier ook behoorlijk smal.” vertelde Boer na afloop.

Ze werd niet gehinderd door Van Riessens val, maar vermoedde wel dat er een betere tijd in had gezeten als haar tegenstandster overeind gebleven was. “Je mist toch de competitie: iemand voor je uit of achter je aan.”

Uiteindelijk zette Boer de tweede tijd neer op een kleine halve seconde van Jenny Wolf. Toch ziet Boer de toekomst niet somber in: “Ik zal harder moeten openen en sneller door de bochten, maar er zal een dag komen dat ik haar versla. Ooit.”

Toch is eigenlijk het verslaan van Jenny Wolf op de 500 meter niet Boers doel. “Kijk, ik kan me wel volledig op de 500 meter richten, maar dan verlies ik misschien op de 1000 meter.” Voor Boer is veel belangrijker om de WK Sprint te winnen dan een individuele afstand. “Misschien is dat omdat ik Nederlands ben. Bij ons ligt de focus toch heel erg op de klassementen.”