Dat was Boer niet. Uit alle macht had ze eraan gewerkt om de griep te boven te komen en hoewel ze niet meer ziek was, was haar lichaam nog niet volkomen in orde. “Mijn herstel was niet snel genoeg. Daar heeft de griep wel impact op gehad, maar ik kon daar niets meer aan doen.”
De start van het WK was nog boven verwachting gegaan, vond Boer. “Gisteren was supergoed, maar vandaag bemerkte ik was spierstijfheid en echt hard afzetten ging niet ook meer zo.”
En dus reed Boer naar vermogen met een tiende plaats op de 500 meter en een zevende plek op de 1000 naar een zevende plek in het eindklassement. “Ik heb zo goed mogelijk gereden. En ik merkte al tijdens de rit dat het niet ging zoals ik wilde.”
Ook al kwam Boer dus niet in de buurt van het podium bij het WK Sprint, toch kon de rijdster van Team Continu niet anders dan content zijn. “Ik denk dat dit kampioenschap het beste van dit seizoen is geweest.”
Boers ploeggenote Thijsje Oenema kende een vergelijkbare aanloop naar het WK. Zij kreeg geen griep, maar werd wel verkouden en ze was bovendien vlak na de WK Afstanden van de trap gevallen.
Ook zij moest daarom tevreden zijn met haar negende plek, al wilde de topsporter in haar eigenlijk meer. “Ik rijd vandaag hetzelfde als op dag één. Meer zat er kennelijk niet in.” Treuren zal Oenema daar niet echt om. “Ik kan hier nu wel met een rotgevoel weggaan, maar het is zoals het is.”
Bovendien deed het de Friezin veel dat ze er weer bij is, op het hoogste podium. “Ik ben heel blij hoe ik dit seizoen ben teruggekomen. Vorig jaar rond deze tijd voerde ik echt een gevecht met mezelf”, vertelde ze.
Oenema had zich niet geplaatst voor de Spelen en was het plezier in haar sport even helemaal verloren. “Maar dat heb ik nu weer terug.”
“Ik heb echt, ook al ben ik hier niet fit, genoten”, benadrukte ze. “Het was even een zware dobber, maar ik haal de positieve dingen eruit.”