Opportunistisch, dwaas en gedachteloos tegelijk stemden Argentijnen, Brazilianen en andere exoten voor regels die het hart van de schaatssport raken, alleen maar omdat er bij iedereen een onbehaaglijk gevoel is blijven hangen na de oranje-overheersing in Sotsji. Maar als iemand die zijn eerste potje poker ooit kan winnen, of achteloos en toevallig een triple twintig gooit, sloegen ze naast een aantal missers, ook de spijker op de kop.
De mass start wordt namelijk olympisch als, naast de internationale schaatsbond, ook het olympische comité instemt. En dat is goed nieuws voor inline-skaters, marathonschaatsers en toeschouwers. De kans dat Gary Hekman olympisch kampioen kon worden was nul en is nu groot genoeg om te beginnen met dromen. Sterker nog, komende winter al wordt de eerste wereldtitel vergeven.
Het nieuws werd een beetje bedolven onder verontwaardigde schaatsfans, die ontsteld reageerden op het allroundnieuws uit Dublin, de stad die het schaatsen ademt (uche uche). Zodanig zelfs, dat marathonschaatsers zelf het nieuws amper hebben verwerkt. Wellicht hebben ze zich nog niet gerealiseerd dat deze mass start de moderne marathonschaatser op het lijf is geschreven en dat Sven Kramer absoluut kansloos is als Hekman en Stroetinga vanuit zijn rug kunnen versnellen.
Simpele jongens, met minicontracten, zonder enige vorm van subsidie en met een part-time baan, zitten straks in Pyeongchang naast Henry Schut een verhaal te vertellen waar iedereen van zal smullen. Categorietje Carien Kleibeuker. Ik voorspel het u, het gaat gebeuren. De mass start is het domein van marathonschaatsers!
Zodra het besef bij iedereen wat is doorgedrongen, zullen de belangen verschuiven. Marathonsponsoren prefereren World Cup-deelname boven marathoncup 5 in Eindhoven, schaatsers verkiezen trainen voor eeuwige roem mét een datum boven uitzichtloos kilometers draaien voor een tocht in Friesland die nóóit komt.
Fijne bijkomstigheid is dat we vanaf nu niet meer hoeven te romantiseren om ons bestaansrecht te bewijzen, iets wat toch al wat jammerlijk over begon te komen. Bij ieder interview maar weer lullen over een tocht die nooit komt. Net zo jammerlijk is het om voor het oog van werkelijk niemand 200 kilometer te schaatsen bij -25C in Finland, hetgeen ons zeven jaar van ons leven en drie tenen kost, en 125 euro premiegeld oplevert.
Vanaf nu doen we mee om de echte knikkers. Vanaf nu zijn we niet alleen 'bewonderenswaardig', het nette woord voor beklagenswaardig, maar ook topsporter. Vanaf nu kunnen we écht laten zien hoe atletisch en goed getraind we zijn. Vanaf nu hoeven we geen bizarre dingen meer te doen om wat aandacht te trekken.
Vanaf nu is, kortom, het marathonschaatsen definitief geschiedenis. Vanaf dit seizoen draait alles om 'het nieuwe marathonschaatsen.' Het wordt écht anders.
Geert Plender is oud-marathonschaatser en -inline-skater en tegenwoordig communicatie-adviseur en schrijver