Deze skatebaan is overdekt, met smaak vormgegeven en bovendien razendsnel. Het is state of the art. De wc's zijn net zo mooi als het indrukwekkende wereldrecord van Simon Albrecht van maandag, de bistro voelt net zo welkom als de rode, zoevende baan. De temperatuur binnen is als een tropisch zwembad. Nooit hoef je je zorgen te maken over een koude wind.

De baan heeft naar verluidt 1,2 miljoen euro gekost, maar daar valt wat bij op te merken. Het is het Duitse bouwbedrijf Uhrig dat bij wijze van hobby deze baan in de achtertuin heeft gezet. Een beetje prestige en een beetje verveling, zeg maar. Reken de grondprijs en alle vrijwillig ingezette uren mee, en deze baan kost misschien wel het dubbele. Hoe dan ook, de baan is prachtig, maar slaat als een tang op een varken.

In Geisingen had nog nooit iemand van inline-skaten gehoord. De plaatselijke bevolking, waarvan ik vermoed dat er niemand jonger dan vijftig jaar is, is niet geïnteresseerd. Skaten deed er hier niet toe, en daar verandert deze baan niets aan. Inmiddels is er een trainingsgroep van internationale en ambitieuze skaters neergestreken, die hier het hele jaar door woont. Buiten deze groep en een verdwaald Nederlands schaatsteam, komt hier nooit iemand.

Altijd als ik in Geisingen kom en via een klein straatje door het even kleine woonwijkje ineens voor het complex sta, krijg ik een Astanagevoeletje. Een ijsstadion van miljoenen, in een land dat niet aan schaatsen doet. Niet te exploiteren, verliesgevend, de armoede op een steenworp afstand, betaald met nevelige dollars. Ik moet dan denken aan een WK voetbal in Qatar, waar stadions gebouwd worden met airco's, omdat je eigenlijk in dit land helemaal niet kunt voetballen vanwege de hitte. Het Almeresyndroom.

Het schiet, met andere woorden, allemaal wat uit de bedoeling. Het is prachtig, maar het klopt niet. We moeten er maar van genieten, maar eigenlijk kan het niet. Niet zelden zit de sportwereld blijkbaar zo in elkaar. We kijken naar voetballers van 100 miljoen, en weten dat het niet gezond gefinancierd is door pronkende mannen met oliegeld. Het geld komt ergens vandaan, maar niemand snapt hoe het precies zit. Het is kunstmatig.

Goed, de Arena Geisingen is van een ander niveau. Bovendien beschuldig ik de familie Uhrig niet van duistere financiële geldpraktijken. Ze hebben de boel uitstekend op de rit en houden van de sport. Het is oprecht. Toen geen land zich aandiende om de Europese kampioenschappen van 2014 te organiseren, verloste mevrouw Uhrig de Europese bond van een catastrofe. En dus rijden we hier deze week deze kampioenschappen. Sporttechnisch klopt alles, wereldrecords gaan aan gruzelementen.

Het eerste privaat georganiseerde EK ooit, in een jaloersmakende skatehal, maar in een nietsbetekenende omgeving. Deze skatehal is er niet gekomen omdat skaters de behoefte creëerden, maar andersom. Het spreekt voor zich dat de tribunes, net als in Astana en Kolomna, en net als bij de gekochte voetbalclub Paris Saint Germain, leeg blijven.

Geert Plender is journalist en oud-schaatser en inliner.