Na de wederopstanding van Jordy van Workum met zijn tweede plaats in Amsterdam stond in Alkmaar de terugkeer van Crispijn Ariëns centraal bij de groene formatie van coach Roy Boeve. “We dachten in mei dat het einde carrière zou kunnen zijn”, wond Hoolwerf er na zijn zege bepaald geen doekjes om. De 35-jarige routinier brak zijn scheenbeen door een ongelukkige val bij een skeelertraining en moest de hele zomer revalideren.
Ook de oplettende kijker kon op het schuurpapier van De Meent zien dat Ariëns niet zijn beste vorm ten tonele bracht. Toch was Ariëns allerminst te spreken over zijn prestaties. “Het was afwachten hoe het zou gaan en je kon het zien vandaag: het was goed, maar nog lang niet waar ik wil zijn. Ik ben vooral blij dat ik vandaag weer onderdeel kon zijn van de ploeg, want het is een heel lang traject geweest.”
“De topsnelheid en echte aanzit missen nog”, realiseert de Heerdenaar zich. Daarbij rijdt hij ook nog rond met de nodige ijzerwaren. De pin die tijdens een operatie in zijn been is gezet, zit er nog steeds. “Die blijft zitten ook. Het heeft geen zin om die eruit te halen. Daardoor is het nog steeds een stuk dikker en het is gevoelig, dus we zijn er nog niet.”
Bart Hoolwerf was desondanks trots op zijn ploeggenoot. Mede dankzij hem kon de wedstrijd, waarin geen kansrijke kopgroep weg wist te rijden, uitdraaien op een massasprint. Met twintig rondjes te gaan gaf Ariëns af, om daarna vanaf de kant zijn stem schor te schreeuwen toen Hoolwerf vanuit derde positie Harm Visser en Bart Swings wist voorbij te steken op de streep.
“We hadden allemaal niet verwacht dat hij nu alweer zover zou zijn”, sprak de Eemdijker lovende woorden over de prestatie van Ariëns. “Ook al zat de avond na de val zijn been alweer aan elkaar en zei de fysio dat hij de dag erna wel weer kon lopen. Hij is reëel en hij is ook geen twintig meer. Het is een heel heftige blessure die hij had. Heeft. Toch laat hij zien dat hij de vorm heeft en dit weer aankan.”
Voor Hoolwerf zelf kwam de overwinning ook als geroepen. “Vorig jaar was moeizaam en kwamen de overwinningen heel laat. Vorige week werden we al tweede door die berenwedstrijd van Jordy en nu winnen we. Dat is een goede opsteker.”
Om tot die goede seizoensstart te komen hebben de mannen van Reggeborgh afgelopen zomer het roer drastisch omgegooid. “We kwamen er vorig jaar achter dat ik de rondjes in de marathon miste en daarom hebben we dit jaar een andere trainingsvorm toegepast met veel trainingen per dag, soms wel drie of vier. Fietsen, lopen, kracht, schaatsspecifiek: niet allemaal superlang, maar het telt bij elkaar wel op. Roy en Frank hebben dat plan gemaakt en daar staan we allemaal achter.”
“Deze finale was onstuimig en lang. Dat ik deze finales goed aankan, zegt dat ik een stapje gemaakt heb. Ik denk dat we als ploeg de juiste dingen gedaan hebben en hier kunnen we op verder bouwen.”
Er valt dus nog het een en ander te verwachten van Reggeborgh de komende wedstrijden. Ook Ariëns kunnen we binnenkort weer in topvorm zien, denkt hij zelf. “Mijn ambitie ligt later in het seizoen als we richting Oostenrijk en Zweden gaan. Dan wil ik weer zo goed mogelijk zijn. Tot dan ben ik er voor het team en kan ik ook in die rol belangrijk zijn. Voor nu ben ik niet tevreden met hoe ik reed, wel met hoe het ging.”