Het Nederlands kunstschaatsen heeft geen rijke historie op de Olympische Winterspelen. Alleen bij de vrouwen was ons land meerdere malen vertegenwoordigd, met Sjoukje Dijkstra (goud en zilver) en Dianne de Leeuw (zilver) als medaillewinnaressen. Na een opleving door de inmiddels gestopte Lindsay van Zundert vier jaar geleden, heeft Nederland nu een troef bij het paarrijden: Michel Tsiba en Daria Danilova. In 2018 hebben de twee elkaar gevonden op het ijs en inmiddels vormen ze ook buiten de baan een koppel. Op het WK van 2021 debuteerden ze met een 22e plek, waarna ze achtereenvolgens een negende, dertiende en veertiende plaats behaalden.

Die laatste drie noteringen laten zien dat ze serieuze kanshebbers zijn voor olympische kwalificatie. Een plek bij de eerste veertien is immers voldoende voor een ticket naar Milaan. Mocht het paar vijftiende of zestiende worden, dan zijn de kansen ook nog niet verkeken, maar moet er voldaan worden aan aanvullende eisen.

Tsiba voelt om zich heen dat er meer aandacht voor hem en zijn partner is, maar probeert zich af te sluiten voor een mogelijk historische prestatie. “Feit blijft dat dit een WK is, waar we goed willen scoren. Zo proberen we het toernooi te benaderen. Wel is er een bonus te halen: een olympisch startbewijs. Dat is de roze olifant in de kamer. Daar kunnen we niet omheen, maar het heeft geen nut er te veel bij stil te staan. Anders gaat het ons in de weg zitten. We hebben al genoeg WK’s gereden waarop we gepresteerd hebben. We weten dat we het in ons hebben en hoe we ermee om moeten gaan.”

Michel Tsiba en Daria Danilova CC 2025
Eerst optimaal presteren, dan kijken naar de resultaten. | Foto: Pietures.nl

Bovendien kunnen ze leunen op een ervaringsdeskundige die ze voorziet van tips. “Ireen Wüst begeleidt ons vanuit NOC*NSF. Zij is een legende geweest op de langebaan. Hoewel het twee totaal verschillende disciplines zijn, is het omgaan met druk hetzelfde. Zij geeft mee dat de zenuwen die we voelen ons juist helpen. We hebben die extra adrenaline nodig om een topprestatie te leveren. Mocht die spanning er niet zijn, dan is er pas iets mis.”

Twee weken geleden stapten Daria Danilova en Michel Tsiba al in het vliegtuig naar de Verenigde Staten. Het gaf hen de tijd te herstellen van de jetlag en te wennen aan het formaat van de ijsbanen. Waar in Europa de ijsvloer 30 bij 60 meter is, hebben de Noord-Amerikaanse (ijshockey)banen een afmeting van 26 bij 61. “Het is even wennen dat de baan vier meter minder breed is”, vertelt Tsiba. “Vooral bij elementen die we vlakbij de boarding uitvoeren.”

Het is dan ook geen overbodige luxe om voor dit kwalificatiemoment extra vroeg af te reizen. “Dat hebben we nog niet eerder gedaan. Het toont hoe belangrijk het toernooi is. We zijn blij met de extra ondersteuning die we hiervoor hebben ontvangen. Aan de andere kant zouden we willen dat het net als voor verschillende andere teams ook bij ons de norm zou zijn. Dan kunnen we ons maximaal voorbereiden op zulke wedstrijden en ons echt meten met de top.”

Danilova gaf via Instagram een inkijkje in een trainingsdag in Amerika.

Tsiba haalt vertrouwen uit de trainingen op Amerikaanse bodem. “Het voelt als een soort supercompensatie. Onze küren gaan makkelijker, we hoeven minder na te denken en de kwaliteit van de elementen wordt steeds beter. We zitten er lekker in. Dit is waar we de hele zomer voor getraind hebben. We zijn blij dat het nu eindelijk gaat beginnen.”

Woensdagavond om 23:45 uur begint de korte kür, waar de Nederlanders bij de eerste twintig moeten eindigen om donderdagavond vanaf 23:15 uur hun vrije kür te mogen rijden.