Die AKM eindigde voor Klinkhamer letterlijk in het zicht van de finish. De 24-jarige Alkmaarder reed samen met Robin Snoek na honderd kilometer naar de streep. Maar Klinkhamer haalde de meet nooit. Een dramatische valpartij betekende niet alleen einde wedstrijd, maar ook einde seizoen. Klinkhamer brak niet alleen zijn sleutelbeen, ook zijn knieschijf lag in stukken. Nog diezelfde dag werd hij geopereerd in Spittal. Als het tegenzit, komt zelfs de start van het volgend seizoen te vroeg.
Thuis in Alkmaar doet hij zijn verhaal. Dat begint in de laatste kilometers van de Aart Koopmans Memorial. ’’Voor we de bevoorrading in gingen, keek ik nog even voor me. Ik zag de boog van KPN en wilde daar naartoe. Ik lette op de scheuren om niet te vallen, keek weer op en zag ineens die enorme schaafmachine van Norbert Jank vlak voor me. Voor ik het wist, klapte ik vol tegen de achterkant van de machine op, ging vervolgens in een diagonale salto er overheen en smakte voor het autootje van Jank tegen het ijs.’’
Een horrorval, die niet zonder gevolgen bleef. Met zijn knie raakte hij de machine, met zijn schouder klapte hij tegen de cabine. Klinkhamer voelde instinctief dat het niet goed zat. ’’Ik lag op het ijs en twee tellen lang dacht ik dat ik er was geweest. Dat viel gelukkig mee, maar al snel voelde ik de pijn en kon ik alleen nog maar schreeuwen.’’
De Alkmaarder werd al snel bijgestaan door mensen en collega’s, onder wie Peter Nauta. Even wilde Klinkhamer nog dat hij weer overeind werd gezet. ’’Want ik wilde door die finish heen.’’ Dat gebeurde uiteraard niet, want het was duidelijk dat het in ieder geval mis was met de schouder van Klinkhamer. ’’Ik werd met de banaan naar de eerste hulp gebracht. Daar werd alles gecontroleerd. M’n schouder zag er niet goed uit en daarom werd ik in de ambulance naar Spittal gebracht.‘’
Daar luidde de diagnose aanvankelijk ‘gebroken sleutelbeen’. Maar Klinkhamer merkte al snel dat het met zijn knie ook niet goed zat. ’’Daar had ik aanvankelijk niet veel pijn, maar dat werd steeds erger. Daarom vroeg ik of ze daar ook even naar wilden kijken. Op het moment dat mijn pak werd uitgetrokken, kon je al zien dat het mis was. Mijn knieschijf zat op mijn bovenbeen, dat zag er niet gunstig uit. Foto’s wezen uit dat de knieschijf op meerdere plaatsen gebroken was. Ik moest geopereerd worden, en kon kiezen of ik dat in Nederland wilde of meteen in Spittal.’’
Klinkhamer lag twee uur lang op de operatietafel. Met pinnetjes en een draad om de schijf heen, werd de knieschijf bij elkaar gezet. Zes weken mag hij de knie niet buigen en moet hij rusten. ’’Dan moet de schijf weer bij elkaar groeien. Ik zit nu ook in een brace voor die knie. Als de brace eraf mag, moet ik zo’n twee tot drie maanden revalideren om mijn been weer te leren buigen. Dan volgt over zes maanden nog een operatie om de pinnen eruit te halen.’’
De rijder van team Groenestroomshop.nl keerde zelfs weer terug aan de Weissensee. Hij zag de wedstrijden vanaf de kant en vertelde waar nodig hoe het hem verging. Opvallend was dat vrijwel niemand had meegekregen wat hem precies was overkomen. ’’Klopt, terwijl we toch niet heel ver achter het peloton reden.’’
Klinkhamer ontmoette ook Jank, de bestuurder van de machine waar hij op botste. Vooral de oude Oostenrijkse ijsmeester stelde dat op prijs. ’’Hij vond het heel prettig mij weer in levende lijve te zien. Jank was heel emotioneel, moest erg huilen. Ik wist op dat moment niet zo goed wat ik daarmee moest. Qua emoties was het toch al een zware week voor me. Ik vond het wel fijn te zien dat het hem veel deed.’’
Zondag keerde hij net als de meeste van al die andere rijders huiswaarts, liggend in een ambulance. En net als al die andere mannen hoopt hij volgende winter toch weer terug te keren aan de Weissensee. ’’Ik heb de komende maanden een lange en zware weg voor me, maar ik heb een helder doel voor ogen’’, vertelt hij. ’’In 2016 wil ik starten in de 200 kilometer. En hem uitrijden.’’