"Ik weet niet of ik de juiste persoon ben om hierover te vertellen", zegt de Zuid-Hollander. Een luide lach volgt. Orie is namelijk geen aanhanger van de algemeen heersende opinie in schaatsland over het gebruik van buikspieren. Terwijl veel coaches hun rijders adviseren om deze spieren bewust aan te spannen als de schaatser inzakt en de starthouding aanneemt, doet Orie dit niet. "Daar geloof ik dus niet in", zegt hij beslist.

Zodra zijn schaatsers aan de start staan, gaat hun focus naar andere aandachtspunten dan het aanspannen van spieren. "Denken in spierspanning is het meest onzinnige dat je kunt doen", stelt Orie. Hij is duidelijk: "Mijn grootste tip is juist: span vooral níét je buikspieren aan!"

Bewegingsefficiëntie
Het probleem volgens Orie: "Wanneer je je buikspieren aanspant, zet je jezelf helemaal vast. Dat heeft gevolgen voor je bewegingsefficiëntie. Je snelheid gaat uit je beweging."

Er zijn coaches die het aanspannen van de buikspieren adviseren met als argument een betere stabiliteit. Orie noemt dat de grootst mogelijke onzin. "Dan kan iemand net zo goed denken aan de spieren rond de knie, want als het om stabiliteit gaat, is er geen verschil tussen de spieren rond dat gewricht of die bij de heup. Maar denken aan de spieren rond de knie dat doet toch ook niemand?"

In plaats van het aanspannen van specifieke spieren, leert Orie zijn rijders om te denken aan bewegingen. "Zoals bijvoorbeeld het bekken in een andere stand zetten. Dat is een beweging." Een belangrijk hulpmiddel daarbij is visualiseren. Tijdens een visualisatie maakt een atleet geconcentreerd een voorstelling van een perfecte schaatsbeweging, zonder deze op dat moment daadwerkelijk uit te voeren.

Videobeelden
Orie maakt regelmatig gebruik van videobeelden. Als het om zijn eigen rijders gaat, kan het per schaatser verschillen wie als voorbeeld wordt gesteld. "Ik kijk naar de elementen die bij de persoon passen. Als een schaatser een bepaald niveau heeft, kan gekeken worden naar voorbeelden die op karakteristiek en anatomisch gebied goed bij de persoon passen."

Maar gaat het om een beginnend schaatser, dan adviseert Orie om een atleet als voorbeeld te stellen die alle basisprincipes goed beheerst. Zonder aarzeling noemt Orie de Finse sprinter Mika Poutala. "Er zijn meer schaatsers die een goed voorbeeld kunnen zijn, maar hij heeft alle basisvoorwaarden voor het schaatsen ontzettend goed voor elkaar."

Daarnaast is het belangrijk om de punten van de schaatsijzers bij de eerste stappen direct naar buiten te zetten. En niet in de rijrichting te plaatsen. "Maar dat moet ook wel met het klapmechanisme, want anders klapt de schaats naar voren open." Dan wordt een schaatser direct afgestraft en is de kans op vallen erg groot.

Het zijn de drie grote starttips van Orie: visualiseren, de punten naar buiten en hij benadrukt het nog maar een keer: "Niet de buikspieren aantrekken. Anders word je ontzettende traag. Iemand die een kopje van een tafel wil pakken denkt ook niet eerst aan het aanspannen van de biceps en dan aan de triceps, om het daarna pas op te pakken. Dat is complete onzin."

Meer tips lezen? Je vindt ze op schaatsen.nl/tips.