'Het beest'. De kwalificatie van Mulder is zo langzamerhand inderdaad goed van toepassing op Gary Hekman. De Hardenberger ontpopt zich steeds meer als de veelvraat van het peloton. Eerst in de winter op schaatsen, nu in het voorjaar trekt hij die lijn op inline-skates moeiteloos door. De zege in Steenwijk was voor Hekman alweer de derde marathonwinst in vier wedstrijden.
In een poging die overmacht te verklaren, zoekt Hekman het vooral in de aanpak na het schaatsseizoen. Waar andere rijders uitbundig vakantie vierden, lieten Hekman en zijn ploegmakkers dat achterwege. "Wij hebben het wel iets rustiger aan gedaan, maar hebben wel onze basis behouden. Ik denk dat we vooral daardoor nu sterker zijn dan de rest."
Maar het verschil kan niet alleen daarin zitten. De manier waarop de ploeg Van Werven de koersen domineert, verraadt vooral ook de kwaliteit in die formatie. Het zegt al voldoende dat Crispijn Ariëns, let wel: de regerend wereldkampioen op de marathon, nu de sprints aantrekt voor Hekman. En dan zijn er ook nog klasbakken als Rob Hadders en Rick Smit.
"De ploeg draait als een trein", geeft Hekman grif toe. "En inderdaad hebben we momenteel die rolverdeling waarin Crispijn voor mij de sprints aantrekt. Maar dat gebeurt alleen in wedstrijden waarin het op een sprint uitdraait. Hij is de man met enorm veel snelheid die gewoon iedereen kan stukrijden in koersen waarin hij kan ontsnappen. En geloof me, die momenten voor Crispijn komen absoluut nog."
Verder klikt het aan alle kanten binnen het team, vindt Hekman. "We hebben amper nog met elkaar getraind, maar begrijpen elkaar alsof we al jaren samen rijden. Vaak hebben we niet eens woorden nodig. In het laatste deel van deze koers hebben we ook amper met elkaar gecommuniceerd. Iedereen weet gewoon blind wat er verwacht wordt en wat de ander doet. Da's lekker koersen hoor."
In de Klim van Steenwijk klopte de strategie van Van Werven ook nog eens precies. In de twintig ronden lange koers hoopte de ploeg een klein groepje te kunnen laten ontsnappen, zodat vervolgens Hekman en Ariëns daar naartoe zouden kunnen rijden. Hekman: "Je hebt het gezien. Precies dat is wat er gebeurde." Het drietal Niels Mesu, Nolan Beddiaf en Robert Post was er al een paar ronden vandoor, waarna Ariëns en Hekman de jump waagden. "We gingen er vanuit in ieder geval een paar man mee te nemen, maar uiteindelijk was er niemand die ons kon volgen", constateerde Hekman.
Meevaller was op dat moment het uitvallen van Bart Swings. De sterke Belg, meervoudig winnaar in Steenwijk, was actief en sterk en leek opnieuw een gooi te kunnen doen naar de winst. Maar materiaalpech doorkruisde die plannen. "Mijn brug is gebroken", vertelde Swings somber, terwijl hij naar zijn kapotte skate wees. "Dat is pech, maar ik kan er niets aan veranderen."
Zonder de bemoeienissen van Swings bleef het vijftal vooruit, waarna twee ronden voor het einde Ariëns zijn kans waagde. Maar hij had nog onvoldoende krachten over om weg te blijven. "Daarna moest ik het doen", wist Hekman. De Hardenberger had zijn grootste concurrent in de Fransman Beddiaf. "Veel mensen kennen hem niet, maar wie zijn huiswerk heeft gedaan, weet dat het een rappe jongen is."
Die Beddiaf probeerde voor de laatste bocht voor Hekman te komen, vertelde hij. "Maar Hekman blokte me. Vervolgens moest ik op de klim proberen langs hem te komen. Ik had lang een kans, maar vijftig meter voor de streep explodeerden mijn benen. Het was op." Vervolgens toverde de Fransman een mooie lach op zijn gezicht. "Maar met deze tweede plaats in 'Stenwiek' ben ik echt heel tevreden. Het is een mooie en zware koers en dan is zilver niet slecht."
Aan zilver doet Gary Hekman voorlopig niet. "Nee, dat winnen bevalt me wel. Dat gaat echt niet vervelen. Zeker niet in zo'n entourage als hier. Kijk hoeveel mensen er zijn, hoe het leeft. Rijen dik staan ze langs de kant. Dan is het een feest om te koersen en helemaal om te winnen."