Na een korte nacht door de adrenaline en het enthousiasme stapte Kim Talsma op zondagochtend op de fiets, nagenietend van de tachtig ronden van de Daikin Marathon Cup 7. “Ik heb alles herbeleefd. Die laatste ronde was enorm spannend, maar de negen daarvoor ook al. Ik ben altijd heel kritisch, dus ik zag ook wat nog beter had gekund en waar het mis had kunnen gaan.”
Met tien andere vrouwen had Talsma in Heerenveen een ronde voorsprong gepakt op het peloton en mocht ze met haar medevluchtsters in de finale strijden om de winst. Waar ze in eerste instantie had besloten op alle aanvallen te reageren, liet de rijdster van Bouwbedrijf de Vries zich een paar ronden later afzakken om beter de situatie te kunnen overzien en niet te veel energie te verspillen. Toen Maaike Verweij drie ronden voor de meet een aanval plaatste, koos ze er wel voor te reageren. “Bob (de Jong, haar coach, red.) had van tevoren gezegd dat ik moest wachten met sprinten tot 400 meter. Ik volgde zijn advies op, alleen was mijn aanzet niet overtuigend genoeg.”
Even kwam Talsma klem te zitten achter Lianne van Loon. Ze besloot de rappe inlineskatester binnendoor te passeren en sprintte voor wat ze waard was. Of het genoeg was voor de zege, wist ze niet direct. “In mijn ooghoek zag ik twee andere rijdsters toen ik mijn schaats over de streep drukte. Ik wilde niet mijn armen in de lucht steken, terwijl ik verloren zou kunnen hebben, maar op dat moment zag ik dat mijn ploeggenoten stond te springen en te juichen. Zij wisten meer dan ik. Het was heel mooi dit met hen te vieren. Ze waren heel trots op mij.”
In haar tweede marathonwedstrijd van het seizoen en haar zestiende totaal mocht ze na afloop voor het eerst de hoogste treden beklimmen. “Ik had al twee keer op het podium gestaan vorig seizoen, maar het is heel bijzonder om dan nu te winnen. Ik ben zo blij. Een marathon schaatsen is altijd spannend en je weet nooit hoe het loopt. Veel vrouwen zijn sterk in de sprint, dus deze zege kwam onverwacht voor mij.”
Het was een prachtige afsluiting van een zware week voor de familie Talsma. Terwijl haar moeder Helma en haar broer Marwin in Beijing zaten voor de World Cup, reed Kim met haar jongere broer en vader meermaals naar het ziekenhuis. Haar vader was eerder dit jaar succesvol behandeld voor darmkanker, maar deze week werd zijn driemaandelijkse controle vervroegd wegens klachten aan zijn buik. “De artsen wilden het zekere voor het onzekere nemen. De scan was afgelopen dinsdag, woensdag volgde de uitslag. We voelden veel spanning: het zou toch niet weer foute boel zijn? Gelukkig was de uitslag goed. Mijn broertje en ik waren heel opgelucht, maar ook steenkapot na anderhalve week vol spanning.”
Ondanks de emotionele achtbaan waar de Talsma’s inzaten, verscheen Kim zaterdag aan de start. “Ik had niet verwacht te winnen na zo’n week. Deze zege is dan ook heel speciaal. Mijn vader was ontzettend trots: ‘Dat heb je mooi geflikt meisje’.”
Hoewel haar eerste plaats doet verlangen naar meer, blijft Talsma haar aandacht verdelen over twee disciplines. Ze heeft ook serieuze ambities op de langebaan. Zo hoopte ze zich begin november via het World Cup Kwalificatietoernooi (WCKT) te plaatsen voor de wereldbekercyclus. Helaas werd ze vlak daarvoor ziek. “Vorig jaar had ik een negende plek op het WCKT, ik had hier graag bij de eerste vijf willen zitten. Dat was mijn doel. Ik train heel hard om naar de World Cups te gaan.”
Was dat aan het begin van deze winter al haalbaar voor de 23-jarige Talsma? “De top in Nederland is heel breed. Ik denk dat het zonder ziekte realistisch was geweest, mits alles goed zou vallen. Het is niet mijn basisniveau dat ik me zomaar even bij de eerste vijf rijd. Als ik een echte uitschieter heb, zou het binnen de mogelijkheden vallen.”
De Friezin boekte deze zomer progressie. Haar waardes verbeterden, ze kon meer trainingsarbeid aan en verfijnde haar techniek. Minstens zo belangrijk is dat de spontane schaatsster meer plezier beleeft aan haar sport. “Ik durf nu meer lol te hebben tussen trainingen door. Natuurlijk ben je heel gefocust op je doelen, maar daarin moet je een balans vinden. Als ik een bepaald doel heb, doe ik er alles voor. Ik sla daarin weleens door, omdat ik iets zo graag wil. Maar ik moet niet twenty four seven met schaatsen bezig zijn.”
Talsma heeft een mooie sparringspartner gevonden in haar ploeggenote Esmee Visser, die in het begin van haar carrière alles op het schaatsen zette en daarmee olympisch goud won, maar ook de keerzijde van de medaille leerde kennen. Inmiddels heeft Visser een baan naast het schaatsen gevonden, kan ze beter presteren en meer genieten van de wintersport. “Zij is een goed voorbeeld van de focus durven te verleggen. Je ziet dat het werken haar goed doet en dat ze veel meer ontspanning kan vinden op het ijs. Ik heb veel respect voor haar, hoe ze zich uit een zware tijd heeft weten te vechten.”
Een mooie sparringspartner, een prachtige eerste zege en genoeg ambities, Kim Talsma kan met een goed gevoel toewerken naar meer bijzondere momenten.