Eind september klapte Gelling tegen de boarding aan, nadat ze uit balans raakte in de bocht tijdens een training. “Mijn enkel klapte dubbel, met als gevolg dat ik mijn enkelband heb gescheurd. Ik weet niet precies hoe groot de schade is, want er is geen echografie gemaakt. Daardoor weet ik de exacte hersteltijd niet, maar voor zo’n soort blessure staat in principe zes tot acht weken”, vertelde ze eind oktober. Op dit moment zijn er ruim zes weken voorbij, maar het revalideren duurt langer. “Door hardlopen en fietsen lukt het me om mijn conditie op peil te houden. Ik focus nu vooral op het trainen van de juiste spieren, in de juiste hoeken, wat specifiek voor schaatsen werkt.”

Afgelopen maandag stond de Groningse weer voor het eerst op de schaats. Twintig minuten mocht ze wennen aan het gevoel van ijzers onder haar voeten. “Het lijkt weinig, maar ik zie het als een mooie stap in het herstelproces. Voorheen kon ik alleen wat krabbelen op het ijs, nu begint het weer op schaatsen te lijken. Mijn fysiotherapeut denkt dat ik richting de kerst weer voor het eerst aan de marathon mee kan doen. Het is een kwestie van weken; alles wat lukt voor de feestdagen is mooi meegenomen. Hoewel Gelling voorzichtig uit kan kijken naar haar eerste marathonuren van dit seizoen, baalt ze van het moment van de blessure. “Vooral de timing is balen. Ik kwam fit de zomer uit en had zin om aan de wedstrijden te beginnen. Dus dat was een klap die ik moest verwerken.”

De rijdster van Turner is ambitieus en hongerig naar goede resultaten. “Stel, die blessure was er niet geweest. Dan had ik graag voor podiumplekken willen rijden en het liefst er eentje gewonnen. Dat waren doelen waarvoor ik aan het trainen was. Ik heb dat nog niet uit mijn hoofd gezet. Volgens mij is het best mogelijk om in het tweede deel van het seizoen de marathons te rijden voor de topposities.” Lachend voegt Gelling toe: “Ik heb ook iets nodig dat me gemotiveerd houdt, natuurlijk.”

Het is lastig om tegen de ploeg van Jillert Anema op te boksen
Evi Gelling

Maar voorlopig laat het herstel van de blessure te wensen over. “Het zit in mijn achterhoofd dat ik in heb geleverd op conditie en kracht. Daar kan ik me soms zorgen over maken. Ik moet straks wel tachtig rondjes vol kunnen maken. Dan probeer ik mentaal de knop om te zetten, omdat ik in het verleden bij blessures vaak snel op kon bouwen. Ik hoop dat ik – met mijn eerste schaatstraining achter de rug - lekker door kan pakken en binnenkort op het juiste niveau aan haak”, vertelt Gelling.

Het harde werken en door blijven zetten heeft ze geleerd van broer Daan – de marathonrijder die uitkomt voor Royal A-ware. Zijn gretigheid heeft haar gemotiveerd ook bij de besten te willen horen. “Hij is mijn inspiratie geweest en we hebben nog steeds veel aan elkaar. We kijken bij elkaars wedstrijden: hij geeft mij bijvoorbeeld tips in tactische en technische elementen. Zo’n gezamenlijke passie is leuk. Die delen mijn ouders met ons. Zij staan bijna elke zaterdag langs de baan.”

Evi Gelling werd vorig jaar tweede op het hoogste niveau bij de dames. Ze hoopt dit seizoen een keer eerste te worden, maar moet eerst herstellen. | Foto: Neeke Smit

Evi lijkt hetzelfde pad te volgen als haar drie jaar oudere broer. “Ik heb veel respect voor zijn carrière, maar ik denk niet dat ik helemaal in zijn voetsporen wil treden. Ik ga mijn eigen weg en zie vanzelf waar het schip strandt.” Gelling is erop gebrand om het de favoriete ploegen, zoals Albert Heijn Zaanlander bij de vrouwen, zo moeilijk mogelijk te maken als ze weer aan de start staat. “Het is lastig om tegen de ploeg van Jillert (Anema) op te boksen. Als je ziet wat zij doen, dat is next level. Ik pak het fanatiek aan, maar er zit wel een grens aan. Zo studeer ik life, science and technology ernaast. In het vrouwenpeloton kun je niet je geld verdienen, dus ik vind het belangrijk om aan mijn maatschappelijke carrière te denken. Zolang ik het kan combineren, blijf ik het beide doen”, vertelt Gelling.

De groeibriljant van Team Turner hoopt over enkele weken in de startblokken te staan bij een marathonwedstrijd. Ook is ze af en toe op de langebaan te vinden om aan de 3000 meter te sleutelen. “Dat past bij mijn plan om te blijven trainen op de opening en inhoud. Maar de marathon blijf ik het leukst vinden, hoor!”