Al om half twaalf, een half uur voordat het eerste verenigingsuur van de winter begint, staan de eerste schaatsers op maandagochtend te popelen om naar binnen te gaan. Een van hen is de 14-jarige Conrad. Met zijn moeder Roelina vertoeft hij een week op een camping, zodat ze zoveel mogelijk op het ijs kunnen staan. “Ik heb zin om weer te schaatsen”, vertelt Conrad, die al zijn halve leven rijdt bij ijsvereniging Nino in Nieuwkoop. “Tijdens deze eerste training is het even zoeken naar het goede gevoel en rijd ik rustig rondjes. Morgen komen we hier weer en dan zal ik wat oefeningen doen.” Conrads conditie is in orde, want in de zomer was hij druk met skeeleren, fietsen, krachttraining en atletiek. Zijn moeder Roelina kijkt ook uit naar de eerste meters in de ijshal. “En daarna gaan we lekker zwemmen, we maken er een leuke vakantie van.”
Ondertussen lopen Daniël, Harmen en Karin (bovenste foto en hieronder) naar binnen in hun korte broek. “Best gek, vooral als je weet dat het buiten dertig graden is. Maar schaatsen blijft toch leuk”, vertellen ze gedrieën. Hoewel ze inmiddels minder fanatiek zijn dan in hun jonge jaren, wilden ze deze eerste kans om op het ijs te staan toch niet missen.
Ook Keira en haar vader Doede arriveren. “Het is geen toeval dat we hier vandaag zijn. We hebben de hele zomer geskeelerd en willen wennen aan het schaatsen. Vrijdag gaan we op vakantie, voor die tijd kunnen we nog een paar keer trainen”, vertelt Doede. Waar hij traint voor het NK en WK voor masters, heeft de 13-jarige Keira al tweemaal meegedaan aan de Vikingrace. Ze valt op in Thialf met haar oranje schaatspak. “Die heb ik gewonnen bij mijn schaatsvereniging IJsster uit Sneek. Marijke Groenewoud heeft hem gedragen tijdens de ploegenachtervolging”, vertelt ze trots. Ze merkt dat het veel bekijks oplevert.
Op het ijs rijden ondertussen schaatsers van allerlei niveaus. Omdat de Elfstedenhal in Leeuwarden nog niet geopend is, moet Team FrySk uitwijken naar dit uur. De snelle toppers worden afgewisseld met vakantiegangers die voorzichtig hun stapjes op het ijs zetten. Sebastiaan en Nienke komen uit Ede en vieren deze zomer vakantie in Friesland. “Het is 32 graden, daarom wilden we op zoek naar verkoeling. Bovendien is Nienke vandaag jarig, dit is daarom een leuk uitje. Wij hebben weleens geschaatst als er natuurijs lag, maar deze schaatshal is echt intimiderend. Bij binnenkomst dachten we: als we hier tussen moeten schaatsen… We proberen te blijven staan en daarna komt de techniek wel”, lacht Sebastiaan.
Luuk is een stuk ambitieuzer. Hij schaatst bij Ksyos, de ‘baanselectie voor ouderen in Amsterdam’, zoals hij het zelf omschrijft. Sinds vorige winter neemt hij het schaatsen steeds serieuzer en wordt het voor hem steeds leuker. De 20-jarige Amsterdammer geniet van Thialf: “Dit is toch de reden dat je schaatst. Voor mij waren het niet de eerste stappen van het seizoen. Ik ben naar Salt Lake City geweest. Een vriendin van mij woont daar en zo kon ik veel schaatsen. Een gouden kans, die wilde ik pakken. Twee, soms drie keer per dag stond ik daar op het ijs. Het was daar veertig graden, dan liep ik in mijn korte broek naar buiten. Het was snikheet, dan vallen deze temperaturen nog mee.” Voor zijn verblijf in Friesland slaapt hij een week bij Roel Regts, schaatser van Gewest Fryslân. “Op het zomerijs vorig jaar zijn we vrienden geworden. Toen hij voorstelde om dit jaar weer te gaan en me uitnodigde om bij hem te slapen zei ik: Tuurlijk!”
En tussen al die Nederlandse schaatsgekken rijdt een buitenlandse bekende rond. De Noorse Martine Ripsrud nam vorige winter afscheid van het hoogste niveau en verhuisde naar Nederland om bij haar vriend Wesly Dijs te wonen. Ze werkt bij Skate-Tec, een bedrijf dat ijzers voor klapschaatsen en shorttrackschaatsen maakt. Met een meisje op wie ze af en toe past, reisde ze naar Thialf. “Het is gek om weer op het ijs te staan. Ik was er nog niet helemaal klaar voor, maar zij wilde graag. Ik ben blij met mijn besluit om te stoppen. Het was goed zo. Nu help ik haar met schaatsen en leert zij mij Nederlands.”