Na de finale duurde het even voordat het doordrong bij de schaatsters. Pas op het bankje kwam het besef: brons.

“We waren de afgelopen jaren vaak best wel dichtbij. Dan is het mooi als het nu lukt”, aldus Sanne van Kerkhof. “We doorbreken de ban van ‘net niet’.” Samen met haar teamgenotes (Annita van Doorn, Yara van Kerkhof en Jorien ter Mors) was het stuivertje wisselen met het Japanse team. Met nog zes ronden te rijden maakte Yara van Kerkhof de beslissende inhaalactie op de Japanse ploeg, waarmee het team zich verzekerde van het brons. Zuid-Korea won, voor de Chinese vrouwen.

“Het was een goede race. We hebben allemaal alert en hard gereden”, aldus Ter Mors. “Iedereen is echt blij. Je weet dat er kansen zijn als je in de finale staat.” Bij de Olympische Spelen in Vancouver eindigden de Nederlandse vrouwen op deze discipline nog als vierde.

Voor bondscoach Jeroen Otter kwam het succes, de eerste medaille voor Nederland in de wereldbeker sinds tien jaar, niet als een verrassing. “Ik ga er vanuit dat ze een keer gaan scoren. Je zag het ook aankomen. In de halve finale reden ze al sterk en verslaan ze Canada. Zo verrassend is het dus niet.”

Otter zag zijn rijders dit weekeinde in de breedte goed presteren, met naast het brons op de aflossing zondag een vijfde plaats voor Freek van der Wart en een zevende plaats voor Ter Mors op de 500 meter. Toch vind Otter dat het nog beter kan. “Ze moeten erin gaan geloven. Beseffen dat ze niet minder zijn dan iemand in een Koreaans of Canadees pakje”, aldus Otter.

“Jorien (Ter Mors, red.) had eigenlijk in de finale moeten staan vandaag, maar maakte in de laatste meters een misser”, aldus Otter. “Ze zijn niet gewend om te winnen. We moeten op het mentale vlak nog harder worden.”