De schaatsster van Team Activia, die vanwege de ziekte van Pfeiffer wekenlang vanaf de tribunes moest toekijken, stond vrijdagochtend in een bijna leeg Thialf weer eens op de ijzers. "Ik was vooraf best een beetje zenuwachtig", reageerde ze. "Ik vond het best spannend."
Gerritsen kwam begin januari bij het KPN NK Sprint in Groningen voor de laatste keer in actie. Ze verliet na de eerste dag het toernooi, waarna de ziekte van Pfeiffer werd geconstateerd. Na een gedwongen rustperiode begon ze deze week voorzichtig haar conditie op te bouwen. "Ik heb de afgelopen tijd natuurlijk bijna niks kunnen doen, dus ik was benieuwd of ik dit kon volhouden", zei ze. "Ik zat nu al na een ronde te hijgen, terwijl ik normaal gesproken een paar rondjes goed 'diep kan zitten'."
Vooral het feit dat de pupil van coach Orie direct technisch goed schaatste, was een mooie meevaller. "Dat zit dan toch ergens opgeslagen", sprak ze. "Dat zodra je het ijs voelt, je denkt: 'O ja, zo gaat het'. Net als fietsen verleer je dit niet snel. Maar het is zeker een opsteker dat het technisch goed liep. Als ik zorg dat mijn conditie op peil komt, dan heb ik er alle vertrouwen in."
De komende tijd wordt per dag bekeken welke arbeid Gerritsen kan verrichten. Het doel is dat de Diemense eind april voldoende conditie heeft om weer bij de groep aan te sluiten. "Maar het is leuk om weer terug op het ijs te zijn."