Afgaande op de tijden die in Thialf gereden werden schat Groothuis dat hij 0,5 tot 0,7 seconde harder moet op de 1000 meter. “Dat is niet onmogelijk. Ik zit er nog wel ver vanaf, maar ik denk dat het kan.”

De sleutels zit niet in zijn techniek, maar in zijn vorm. “Ik denk dat ik nog veel fitter kan worden. Nu was ik nog wat vermoeid”, zei hij. “Ik denk echt dat het kan of ik houd mezelf voor de gek. Dat zal volgende week blijken.”

De race van zondag heeft Groothuis vertrouwen gegeven. “Vanuit een tijd rond de 1.10 wordt het lastig, maar met deze 1.09,38 moet ik wel naar de 1.08 kunnen.”

De World Cup kwam de rijder van Team Lotto NL-Jumbo dan ook goed uit. “Ik vond het wel fijn om niet meteen voor de leeuwen gegooid te worden. Zeker omdat ik wat met mijn techniek zat te knoeien hiervoor.”

Hij kon zich niet vinden in de kritiek van veel van zijn collega’s dat de World Cup slecht gepland was. “Dit is uiteindelijk de mooiste manier, denk ik. Al heb je het natuurlijk liever niet als je al vijf wedstrijden achter elkaar hebt gehad, maar nu vond ik het mooi.”