Vaak loopt het anders dan gepland. Dat is ook zeker iets dat dit jaar aan de orde is geweest bij de Nederlandse kunstrijders en kunstrijdsters. Materiaalpech, blessures, trainerswissels en trainingsfaciliteiten die als sneeuw voor de zon verdwijnen. Dat laatste is natuurlijk niet zo heel gek als we bedenken dat we het hebben over ijsuren in de zomer, maar de uitdrukking is natuurlijk slechts figuurlijk bedoeld. Afijn, wie ik ook spreek uit het Nederlandse kunstrijden, niemand heeft de ideale zomer beleefd.
De column van Sanne van Kerkhof lezend over ‘een goede voorbereiding is het halve werk’ begin ik me te realiseren dat de Nederlandse kunstrijders dus aan half werk niet genoeg zullen hebben om ook maar een beetje in de buurt van een succesvol seizoen te komen. En wat nou als ze straks toch een goed seizoen blijken te draaien? Dan kunnen we onszelf twee vragen stellen. Hadden de prestaties nog beter gekund met een goede voorbereiding? Of kunnen we misschien net zo goed in de zomermaanden op het strand gaan liggen en wachten tot de winter komt?
Maar als je dan nog aan je voorbereiding moet beginnen, dan kun je weleens te laat zijn. Misschien niet eens wat betreft het niveau dat je uiteindelijk haalt, maar wel wat betreft het tijdstip waarop je dat niveau haalt. Kon je het je vroeger permitteren te pieken op een NK, EK en WK, tegenwoordig gaat die vlieger niet meer op. Alle wedstrijden tellen mee voor de wereldranglijst, die weer wordt gebruikt op het EK en WK om de startposities te bepalen.
Je kunt dus maar beter zorgen dat je veel wedstrijden met goed resultaat aflegt in voorbereiding op de momenten dat het er werkelijk om draait. Dan heb je kans te starten in een goede groep. En hoewel het met een objectief jurysysteem niet zo zou mogen gaan, je hebt dan toch meer kans hoger te eindigen. In dat geval is een goed begin van het seizoen dus ook het halve werk op een groot toernooi.
We lijken dus voor het Nederlandse kunstrijden niet te mogen hopen op een goed seizoen als we naar de voorbereiding en de eerste resultaten kijken. Gelukkig bestaan er spreekwoorden die ook van een negatieve situatie iets positiefs weten te maken. Laten we de eerdere negatieve factoren dan maar bekijken in het kader van een generale repetitie voor het echte werk. Dan kunnen we altijd nog zeggen: “Een slechte generale belooft een goede voorstelling.”