We schrijven eind november én de natuurijskriebels beginnen al te spelen. Met lokaal temperaturen van vijf of zes graden onder nul in de nacht mogen de ijsmeesters zich daadwerkelijk opmaken voor lange dagen om ‘ijs’ te maken. Zeven locaties zijn beschikbaar om de eerste te organiseren, elk met een eigen verhaal.
De debutant van het stel is Winterswijk. Daar werd de afgelopen jaren geïnvesteerd in materiaal om zo snel mogelijk een ijsvloer neer te kunnen leggen. “Een combinatie van wetenschap en gezond boerenverstand”, noemde voorzitter Auke Spijkstra van de lokale ijsclub het destijds op deze site. Het zorgde ervoor dat Winterswijk vorig jaar de primeur had van natuurijs in april. "Onze mensen zijn vanochtend (dinsdag, red.) naar het gemeentehuis gegaan en hebben de vergunning rond", zegt Spijkstra. Een kanttekening is het draaiboek dat bij de KNSB ingediend moet worden, alle verenigingen doorlopen jaarlijks dat proces. "We moeten nog een paar kleine aanpassingen doen, maar vanavond praten we daarover tijdens de bestuursvergadering en dan kan het opgestuurd worden."
De Winterswijkse IJsvereniging denkt een serieuze gooi te kunnen doen naar de eerste marathon. "We hebben de hele zomer gewerkt om stenen langs de baan te leggen, onze opblaasbare boarding rond de baan is gereed om op te bouwen", gaat Spijkstra verder. "We wachten nog even de sneeuw van vanavond af, maar in principe gaan wij woensdagavond beginnen met sproeien. Ze verwachten hier vorst tot wel zeven graden onder nul, dan kunnen wij hier heel snel schaatsen."
Na een jaar afwezigheid doet ook Nieuw-Amsterdam/Veenoord weer mee voor de primeur. Daar huist de topscorer als het gaat om de natuurijsprimeur: volgens de overlevering was deze plek al zestien keer het decor van ‘de eerste’. Vorig jaar liet de club verstek gaan, simpelweg omdat er geen baan gereed was. Deze winter is de kans op ijs groter in het Drentse dorp, mede door de investering van het afgelopen jaar. De sproeiers zijn getest om op de nieuwe asfaltbaan zo snel mogelijk ijs te maken als het zover is.
Vorig jaar ging de eer naar Burgum, waar de eerste en enige schaatsmarathon op natuurijs gereden kon worden op woensdag 14 december. Of men dit jaar op herhaling gaat, is nog maar de vraag. Wel is duidelijk dat de organisatie van de Burgumer IJsclub niet stilgezeten heeft. De Friezen hebben de ‘oude’ boarding van IJsbaan De Meent in Alkmaar overgenomen, een enorme impuls voor de veiligheid, met een minimale investering. “Normaal zou het in de container verdwijnen, nu kunnen wij hem gebruiken”, zegt secretaris Lykele Westerhof. "We hoefden alleen het transport van Alkmaar naar Burgum te bekostigen." IJs maken overigens is voorlopig niet aan de orde. “Andere clubs kunnen sproeien en hebben aan een dun laagje genoeg om te schaatsen. Wij moeten er echt vier of vijf centimeter water op brengen, maar met deze temperaturen is het nog niet zover. Ik heb de ijsmeester nog niet gehoord.”
Hoe zit het in Puttershoek? Vorig jaar deed het dorpje onder de rook van Dordrecht voor het eerst mee, maar ze waren eerlijk: liever niet de eerste van een eventuele meerdaagse. Bovendien is er in de woonplaats van schaatsboegbeeld Kees Verkerk sprake van een nadeel als het gaat om de ligging ten opzichte van andere plaatsen. Dat is anno 2023 niet veranderd en bovendien is de logistiek van een eerste marathon op natuurijs een behoorlijke opgave voor de club, zegt voorzitter Wim Westdijk: “We konden de boarding die vanuit Alkmaar aangeboden werd geen plek geven en hetzelfde geldt voor strobalen, wij hebben niet de mogelijkheid die zo snel te halen.” In het geval van een meerdaagse doet Puttershoek graag mee, maar voor het zover is...
Tot slot de vaste klanten: Vanwege de geografische ligging is Haaksbergen altijd een interessante optie. Als het kan gaan ze over één nacht ijs, exact de reden waarom het Twentse dorp in het verleden meermaals het decor was van de eerste schaatsmarathon: in 2019 voor het laatst toen Simon Schouten en Rixt Meijer wonnen. Ook Noordlaren was al meermaals het toneel van ‘de eerste’. Op de tweede Kerstdag in 2021 kwamen de mannen en vrouwen van de lange adem daar voor het laatst in actie. Nieuw-Buinen is nog zo’n vaste waarde voor de openingswedstrijd, maar het lukte het Drentse dorpje nog nooit om de eerste marathon daadwerkelijk binnen te halen.
Voorlopig blijft het gluren naar de weersverwachtingen en is het een kwestie van geduld bewaren. In Winterswijk mikken ze op het eind van deze week, maar daarvoor moet wel de benodigde drie centimeter ijs gehaald worden. Saillant detail is dat verschillende grote marathonploegen momenteel in het buitenland (Reggeborgh in Calpe, Jumbo-Visma en vrouwenploeg BDM-BTZ op Gran Canaria en Albert Heijn-Zaanlander op Tenerife) bivakkeren, gebruikmakend van het 'vrije' weekend in de Daikin Marathon Cup. Ook zij zullen de situatie nauwgezet volgen.