Gary Hekman was een dag later nog steeds onder de indruk van alle verschrikkingen in de Franse hoofdstad. ’’Onvoorstelbaar’’, stelde hij. ’’We waren zelf ook uit eten en dan zie je via de telefoon wat er allemaal gebeurt in Parijs. We zijn naar huis gegaan en ik heb tot laat voor de televisie gezeten om de ontwikkelingen te volgen. Zo triest wat daar allemaal is gebeurd. Ik leef dan echt mee.’’
Op de ochtend van de wedstrijd zat Hekman opnieuw voor de televisie. ’’Ja, dat houdt me dan erg bezig. Ik ben daar erg gevoelig voor. Bovendien doe je op zo’n wedstrijddag verder toch niet zoveel.’’
Eenmaal in Haarlem had Hekman echter de juiste focus. De matige race van een week eerder in Deventer zat hem niet lekker. ’’Ik had wel iets recht te zetten hier, ja.’’ Maar de beer uit – tegenwoordig – Kampen heeft momenteel problemen met zijn lijf, en dan vooral met z’n rug. ’’Ik heb daar eigenlijk al heel lang last van, maar voorheen kwam de pijn pas na de wedstrijd. Momenteel is dat echter al tijdens de wedstrijd en in Deventer had ik echt heel veel last.’’
Die klachten hebben inmiddels behoorlijk invloed op zijn rijden. Hekman traint minder, neemt meer rust en probeert slechts zo goed mogelijk op de wedstrijden te verschijnen. ’’Als ik goed diep zit, valt het nog wel een beetje mee. Dat is 125 rondjes vol te houden.’’
Maar er moet wel een oplossing komen, stelt hij vast. Afgelopen donderdag onderging Hekman al een CT-scan. ’’Daarvan krijg ik maandag de uitslag. Het lijkt in principe twee kanten op te kunnen: een ontsteking of verkalking aan de wervels. Het eerste kunnen we bestrijden met ontstekingsremmende injecties, bij het tweede moet er mogelijk ingegrepen worden. Maar dat zou ik graag over het seizoen tillen.’’
Wie Gary Hekman zaterdag over het ijs van Haarlem zag razen, kon zich weinig voorstellen bij zijn rugproblemen. Hij was eerst één van de sterke mensen in de kopgroep van acht man die in het tweede deel van de koers een ronde voorsprong nam. Daarbij ook mannen als Bob de Vries, Frank Vreugdenhil, Ingmar Berga, Evert Hoolwerf en Robert Post.
Dat achttal zorgde voor een geweldige ontknoping. De vonken spatten er vanaf in de finale, waarin eerst Bob de Vries probeerde weg te rijden en vervolgens Frank Vreugdenhil datzelfde probeerde. Ook Robert van Dalen waagde nog een kans, maar uiteindelijk kwam het stel weer bij elkaar. Hekman had toen al beulswerk verricht. ’’Ik moest goed blijven nadenken en voorkomen dat de drie man van Jillert Anema me zouden slopen. Daarom liet ik De Vries en Vreugdenhil ook even gaan, maar bleef het gaatje een meter of tien. Zo hield ik controle.’’
In de sprint was het desondanks toch close. Evert Hoolwerf naderde de rappe Hekman tot op centimeters, maar toch was het de Van Werven-man die de winst pakte. Dat was zijn tweede zege van het seizoen. ’’Ik sta nu op vijftig procent’’, stelde hij lachend vast. ’’Als ik dat dit seizoen volhoud, ben ik dik tevreden.’’
Evert Hoolwerf nam het oranje leiderspak over van Ingmar Berga.