‘IN DIE RUST NA DE OLYMPISCHE SPELEN VOND IK MIJN KRACHT TERUG’
“In het seizoen 2013-2014 draaide alles om de Olympische Spelen in Sochi. Maar als ik denk aan een moment dat voor mij alles samenvat, kom ik uit bij een gebeurtenis ná deze Spelen, tijdens het NK Allround, waarbij het Olympisch Stadion in Amsterdam werd omgedoopt tot 'Coolste Baan'.
Sochi was voor Nederland enorm succesvol. Voor mij persoonlijk was het een teleurstelling. Ik keerde als een van de weinige Nederlanders terug zonder medaille en had het gevoel dat ik mijn potentieel niet had kunnen laten zien. Ik was mentaal en fysiek uitgeput. Mijn eerste training na Sochi leek het of ik onder water moest schaatsen. Ik was moe en mijn longen voelden zwaar. Ik was verre van fit.
Toch merkte ik de dag voor het toernooi dat mijn ademhaling weer beter werd en ik voorzichtig wat vertrouwen begon terug te krijgen. Ik wist dat veel schaatsers niet echt zin hadden in het NK, omdat het een buitenbaan was en de weersomstandigheden onvoorspelbaar waren. Ik besloot me daar niet door te laten afleiden. Ik zag het juist als een kans. Die mindset, dat mentale spelletje, was mijn grote voordeel.
Op de eerste dag van het NK ging de 500 meter zoals ingecalculeerd minder goed. De drie kilometer won ik, een afstand waarop ik altijd hard reed. Ik voelde me sterk op het ijs en dat gaf me vertrouwen voor de rest van het toernooi. Ondanks de uitdagende omstandigheden - er was wind en water op de baan - wist ik dat mijn grote kracht, de vijf kilometer, nog moest komen.
Deze afsluitende afstand was een rit waar ik enorm naar uitkeek. Ik reed tegen Diane Valkenburg. Hoewel er een stevige wind stond en het ijs nat was, besloot ik van de race een tactisch spel te maken. Op het rechte stuk tegen de wind in zat ik extra diep en maakte ik korte slagen, terwijl ik op de stukken met wind mee juist focuste op het ontspannen glijden. Kortom, ik wist het in mijn voordeel te gebruiken.
Ik merkte al snel dat ik een voorsprong had op Diane. Ondanks de vermoeidheid en de lange weg die ik had afgelegd dat seizoen, genoot ik van de ambiance in het Olympisch Stadion. Van schaatsen op een buitenbaan krijg ik altijd een vrij gevoel. Alsof de frisse lucht en de open omgeving me een extra boost geven. Ik was in mijn element, terwijl ik wist dat anderen worstelden met de omstandigheden.
En zo kwam ik, juichend en met een grote glimlach, over de finish. Het was een overwinning die voor mij veel meer betekende dan alleen een Nederlandse titel. Het was een moment van erkenning na een turbulente winter, waarin ik steeds opnieuw tegen mezelf en de verwachtingen had moeten vechten. Het was niet de olympische medaille waar ik op gehoopt had, maar het gaf me een gevoel van voldoening en trots dat ik uiteindelijk had kunnen laten zien wat ik waard was.
Ik besefte hoeveel ik dat seizoen had geleerd over de andere kant van de medaille, letterlijk én figuurlijk. Ik had me niet geplaatst voor de Spelen op mijn favoriete afstand, de drie kilometer. Door een ongelukkige wissel kwam ik driehonderdste van een seconde tekort. Daar kwam nog een rechtszaak achteraan waar ik achteraf helemaal niet achter stond. Toen ik eenmaal in Sochi was, kampte ik wekenlang met rugklachten en twijfels over mijn vorm. Het was een mentale en fysieke uitputtingsslag. Ik had spaghettibenen, een verschrikkelijk gevoel voor een schaatsster. Mijn hoofd zat vol met negatieve gedachten. Ik kon niet laten zien wat ik in huis had.
Ondanks die teleurstelling was ik bij het NK Allround in Amsterdam in staat de knop om te zetten. Ik vond rust in het feit dat de druk van de Olympische Spelen achter me lag en ik niets meer te bewijzen had. Het voelde bevrijdend om weer ‘gewoon’ te schaatsen zonder de enorme verwachtingen van een olympische wedstrijd. En juist in die rust vond ik mijn kracht terug.
In de jaren daarna ben ik me steeds meer gaan realiseren hoe waardevol dat moment voor me was. Het laat zien dat succes niet altijd komt wanneer je het verwacht, maar dat het belangrijk is om door te zetten, zelfs als alles tegenzit. Soms is het niet de medaille die telt, maar de manier waarop je terugveert na tegenslagen. Dit was zo’n moment.”