Naam: Renate Groenewold
Geboortedatum: 08-10-1976
Geboorteplaats: Veendam
Huidige woonplaats: Assen
Hoogtepunt: Wereldkampioen allround en wereldkampioen 3000 meter
Stopte met schaatsen in: 2010
Renate, hoe is het ermee?
"Het gaat goed! Ik ben gezond en zeker in deze coronatijd is dat geen vanzelfsprekendheid. Op het werk was het toen de lockdown kwam wel even pittig, maar vanaf het moment dat de Nederlanders besloten thuis te blijven, is het hier retedruk geworden."
Vertel, wat doe je precies?
"Ik ben mede-aandeelhouder van Groenewold Bouw, een bedrijf dat in 2008 is opgericht door mijn broertje. We hebben een aannemersbedrijf en een timmerfabriek (Droomtrappen.nl) waar we naast trappen en kozijnen ook speciale producten van hout maken, zoals windmolenbladen. Onze hoofdmoot is woningbouw, we doen met name nieuwbouw, aanbouw en renovatie. Daarnaast zijn we onlangs begonnen met een eigen projectontwikkeling en daar liggen enorme uitdagingen."
Hoe ben je hier terechtgekomen?
"Mijn vader heeft altijd in de bouw gewerkt, dus ik ben er wel een beetje mee opgegroeid. Mijn broertje is vanaf zijn 18e ook in de bouw aan het werk gegaan en richtte in 2008, op mijn aanraden, zijn eigen bedrijfje op. Het leek me altijd al heel leuk om iets te kopen en op te knappen. Op 08-08-2008 heeft hij zich ingeschreven bij de Kamer van Koophandel en in 2011 heeft hij zich in Stadskanaal gevestigd. Het bedrijf groeide zo hard dat hij het in 2014 even niet meer overzag, waarna hij mij vroeg of ik hem wilde helpen om wat structuur aan te brengen. Vanaf toen kwam ik er één keer per week en sinds januari van dit jaar ben ik hier vijf dagen in de week te vinden."
Hoe ziet jouw takenpakket eruit?
"Ik houd me bezig met de HR, de marketing & communicatie en de operationele aansturing. Ik vind het leuk om mensen in hun kracht te zetten en beslissingen te nemen. Ik ben iemand die graag de leiding neemt, dingen uitstippelt en meedenkt op strategisch niveau. Dat is wat me drijft. Daarnaast vind ik het mooi dat ik samen met mijn broer kan werken. Mijn broer en schoonzusje hebben in 2017 een kindje (Mees) verloren en sindsdien is onze band nog sterker geworden."
Had je tijdens je schaatscarrière gedacht dat je in de bouw terecht zou komen?
"Ik ben er wel groot mee geworden, maar het is niet zo dat het een ambitie was. Soms ontstaan dingen zo. Nadat ik stopte als coach had ik nooit echt een stip op de horizon waar ik naartoe wilde. Na het overlijden van Mees merkte ik dat ik de familieband superbelangrijk ging vinden. De afgelopen jaren leefde ik heel vrijblijvend: als ZZP'er had ik constant wel opdrachten en gaf ik af en toe een lezing. Toch miste ik het gevoel om ergens onderdeel van te zijn. Dat heb ik nu wel!"
Sinds 2018 zit je ook in de Technische Commissie (TC) van de ISU. Wat doe je daar precies?
"Ik vertegenwoordig de coaches, moet ophalen wat er bij ze leeft. Uiteindelijk is de TC verantwoordelijk voor het wedstrijdtechnische verhaal en moeten we de raad zien te overtuigen hoe de wedstrijdkalender eruit komt te zien. Momenteel zijn we bezig met de 'bubbel' in Nederland en is het mijn taak om te kijken hoe de coaches in andere landen daartegenaan kijken. Ik hoop echt dat we wat gaan krijgen, anders zou het de doodsteek voor het schaatsen kunnen zijn."
Wat doe je verder nog?
"Ik begeleid drie wielrenners en zit in een adviesgroep bij de Provincie Drenthe voor sportevenementen. Dat is voortgekomen uit het WK Wielrennen dat we in 2020 naar Noord-Nederland wilden halen. Verder ben ik tussen 2010 en 2014 coach geweest bij het Gewest Drenthe, assistent-bondscoach geweest van Wopke de Vegt en heb ik het team Op = Op (later Corendon) opgezet. Of ik ooit nog terugkeer als coach op het ijs? Nee, dat zie ik niet gebeuren."
Mis je het topsportleven nog weleens?
"Ik weet dat ik het nu niet meer aan zou kunnen, maar als het zou kunnen, zou ik het zo weer doen. Ik heb het onwijs naar mijn zin gehad als topsporter: ik heb de hele wereld over gereisd, heb met veel leuke mensen mogen werken en heb er ook nog mijn boterham mee kunnen verdienen. Het is een uniek leventje en er zijn niet veel mensen die hun hobby op zo'n manier kunnen uitvoeren."
Heb je nog contact met schaatsers van toen?
"Heel weinig. Ik ben daar eerlijk gezegd ook niet zo goed in. Je bent met je eigen dingen bezig in je eigen sociale omgeving en hebt weinig tijd voor andere dingen. Als Gouden Speld-drager van de KNSB en vanwege mijn positie binnen de ISU ben ik wel vaak bij de wedstrijden in Thialf te vinden en dan kom je iedereen weer tegen. Dan is het meteen weer heel gezellig en kun je lekker bijkletsen."
Sport je zelf nog veel?
"Ik probeer drie keer in de week op de mountainbike of op de racefiets te zitten. Verder heb ik een abonnement bij de sportschool, maar het lukt niet altijd om daarheen te gaan."
Wat is het hoogtepunt uit je carrière?
"De wereldtitel allround in 2004! Ten eerste omdat men altijd zei dat ik niet zou redden tegen de Duitse dames, maar het meest speciale was dat mijn vader dit nog heeft meegemaakt. Papa en mama waren altijd aanwezig bij mijn wedstrijden, maar pa kon toen niet meer mee omdat hij zoveel pijn had. Hij had voor de wedstrijd tegen mijn moeder gezegd: 'Goh, wat zou het toch mooi zijn als ik het nog meemaak dat Renate wereldkampioene wordt'. Ja, als dat dan gebeurt, is dat natuurlijk wel heel bijzonder. Soms zijn dingen niet te verklaren en dit is er eentje van. Dat weekend kon ik zelfs een 5 kilometer winnen van Claudia Pechstein."
Je hebt drie keer mogen deelnemen aan de Olympische Spelen en je won twee keer zilver op de 3 kilometer. Baal je ergens nog dat je geen goud hebt gewonnen?
"De grootste teleurstelling was de zilveren medaille in Turijn. Ik reed tegen Cindy Klassen en die had dat jaar het wereldrecord op deze afstand neergezet. Ik dacht: als ik Cindy versla, dan win ik goud. Maar ja, helaas was er nog zo'n klein opdondertje die ergens in de eerste ritten een fantastische 3 kilometer reed. Achteraf was zij (Ireen Wüst, red.) natuurlijk geen one day fly en kan ik er best mee leven dat ik zilver won, maar op dat moment was het een flinke teleurstelling. De zilveren medaille in Salt Lake City was daarentegen een verrassing (Groenewold werd tweede achter Pechstein)."
Wat is het dieptepunt uit je loopbaan geweest?
"Het seizoen 2009/2010 was mijn dieptepunt, dat was echt een verschrikkelijk jaar. In maart 2009 werd ik wereldkampioen op de 3 kilometer in Vancouver en twee maanden later lag ik onder het mes vanwege mijn hernia. In het jaar van de Spelen stond er heel veel druk op TVM en heb ik constant achter de feiten aangelopen. Bij het NK dacht ik op de goede weg te zijn, maar toen kreeg ik wat klachten en moest ik geopereerd worden aan m'n vleesbomen. Daarna hebben we de domste fout ooit gemaakt door twee dagen na de operatie in het vliegtuig naar Calgary te stappen voor de World Cups. Bij het OKT reed ik vervolgens achterstevoren en zei ik tegen mijn coach Gerard Kemkers: 'Ik kap ermee'. Hij zei: 'Doe maar alsof je gestopt bent', maar dat voelde ook niet goed."
Uiteindelijk heb je de Spelen van Vancouver nog wel gereden!?
"Ik mocht ernaartoe omdat ik het jaar ervoor wereldkampioen was geworden en de andere dames niet goed genoeg presteerden. Natuurlijk ben ik heel blij dat ik er geweest ben, maar ik was daar gewoon niet goed genoeg. Daarnaast hing ik er voor mijn gevoel een beetje bij, had me nog nooit zo eenzaam gevoeld. Gelukkig heb ik mijn carrière een maand later bij een wedstrijd in Thialf goed kunnen afsluiten door als vijfde te eindigen op de 3 kilometer."
Ben je te vroeg gestopt?
"Achteraf gezien is het de vraag of dat het juiste moment was geweest om te stoppen. Ik was 33 en zó overtuigd van het feit dat je dan moest stoppen. Als ik iets in m'n kop heb, ben ik redelijk standvastig, haha."
Zijn er verder dingen waar je tijdens je carrière spijt van hebt gehad?
"Niet per se spijt, maar ik heb elf jaar bij Gerard Kemkers gezeten en ben nog altijd heel benieuwd hoe ik het bij een andere coach zou hebben gedaan. Maar goed, dat is achteraf en daar zullen we nooit antwoord op krijgen. Verder heb ik mezelf tijdens mijn carrière misschien te weinig belangrijk gemaakt. Ik heb me altijd bekommerd om anderen en was heel sensitief voor wat er om me heen gebeurde. Ik vond het belangrijk dat anderen goed in hun vel zaten, zodat ik zelf ook goed in m'n vel zat. Tja, dat is de aard van het beestje."
Ondanks die sociale kant heb je heel wat mooie dingen bereikt...
"Ja, ik ben ook best trots op wat ik heb bereikt. Ik ben nu misschien nog wel trotser dan toen."
Wat is het mooiste wat je aan het schaatsen hebt overgehouden?
"De zelfkennis en het rugtasje dat ik heb mogen vullen. Ik realiseer me dagelijks dat het leven van een topsporter uniek is en vind het mooi dat ik dat nu kan overbrengen op anderen. Ik ben heel dankbaar dat ik de leerschool 'topsport' heb mogen meemaken."
Bekijk hier de andere verhalen van oud-schaatsers:
1. Hoe is het met Beorn Nijenhuis? 'Onderzoek naar de zwabbervoet intrigeert me'
2. Hoe is het met Gretha Smit? 'Heb het prachtig gehad als topsporter'
3. Hoe is het met Jochem Uytdehaage? 'Het is een voorrecht om te mogen sporten'
4. Hoe is het met Annamarie Thomas? 'De sportdiscipline van toen is helemaal weg'
5. Hoe is het met Simon Kuipers? 'Het waakvlammetje is een grote vlam geworden'
6. Hoe is het met Natasja Bruintjes? 'Ik had tijd nodig om tot mezelf te komen'
7. Hoe is het met Hilbert van der Duim? 'Ik hield wel van een lolletje'
8. Hoe is het met Tonny de Jong? 'Ik wist dat ik hier niet van mijn naam kon leven'
9. Hoe is het met Gianni Romme? 'Blij dat ik olympische dip heb meegemaakt'
10. Hoe is het met Barbara de Loor? 'Hartoperatie heeft me veel gebracht'
11. Hoe is het met Falko Zandstra? 'Ik had daar olympisch goud moeten winnen'
12. Hoe is het met Annette Gerritsen? 'Mijn carrière is een mooie leerschool geweest'
13. Hoe is het met Stefan Groothuis? 'Het schaatsen beheerst mijn leven niet meer'