Hij mocht in Utrecht zijn tweede zege van het seizoen in de Eerste Divisie van de KPN Marathon Cup bijschrijven. "Deze was mooier dan die in Amsterdam", vond Hoolwerf, die Gerwin Smit als derde zag eindigen.

De sprint waarin Evert Hoolwerf afrekende met rivaal Van Beek was de finale van een koers die het aanzien meer dan waard was. Er gebeurde van alles in Utrecht, waar uiteindelijk elf mannen er in slaagde een ronde voorsprong te pakken. Daarvan deden er negen daadwerkelijk mee in de finale.

Dat was een mooi sluitstuk van de race, vond ook de pas 18-jarige Hoolwerf, die samen met Van Beek de lont in het kruidvat stak. "Na de tussensprints trokken we gewoon door en al snel kregen we Arjen van de Kieft mee. Dat is een perfecte rijder voor zoiets. Hij rijdt gewoon maar door."

Het kopgroepje groeide aan tot zes man, maar het zag er aanvankelijk niet naar uit dat de ronde voorsprong er zou komen. Dat zag ook Hoolwerf. "We bungelden even aan het elastiek, maar zelf heb ik nooit echt getwijfeld. Ik zag welke mannen er mee waren en wist dat die sterk genoeg waren om een ronde te pakken. Op het moment dat het peloton wat stilviel, was het ook zo gebeurd."

Hoolwerf en zijn medevluchters zagen daarna in fases nog vijf mannen aansluiten, onder wie ook Niels Mesu, de herstellende A-rijder van A-ware/Fonterra. Hij hield het echter na vijftig ronden voor gezien. Met de mannen om zich heen wist Hoolwerf dat de sprint voor hem moest zijn. "Dat Antwan Tolhoek ook nog overkwam, was voor mij heel prettig. Een ploeggenoot erbij in de finale is altijd goed. Dat bleek ook wel, want hij trok perfect de sprint aan voor me."

Daarbij zat Hoolwerf in de rug van Thom van Beek. Perfect, vond hij. "Beter zo dan andersom. Nu was hij voor mij een uitstekende springplank." Dat bleek. Bij het uitkomen van de laatste bocht draaide Hoolwerf aan de buitenkant voorbij. "Daarna ging in de laatste honderd meter alles op zwart. Zo snel mogelijk naar die streep, aan iets anders kon ik niet denken."

Eenmaal over de streep kwalificeerde Hoolwerf zijn overwinning hoger dan die in Amsterdam. "Deze wedstrijd was beduidend zwaarder. Bovendien pakten we hier ook nog eens een rondje. De wedstrijd in Amsterdam was de eerste, ging het nog vooral om aftasten. Daarvan was hier geen sprake meer."

Hoolwerf heeft het witte pak van de beste jonge rijder vast om de schouders, Van Beek draagt nog altijd het oranje leiderspak. In die strijd zal Hoolwerf zich niet snel mengen. "In Heerenveen heb ik me even op het klassement gericht, wilde ik meedoen in de tussensprints. Dat mislukte, waarna ik ook de kopgroep miste. Had ik niets. In overleg met Henk Angenent heb ik daarom besloten me voorlopig te richten op dagzeges." Wijzend op zijn bloemen: "Dat gaat me beter af."