De commissie heeft voor het komende ISU-congres een voorstel aan de congresagenda toegevoegd om het aantal deelnemers per afstand per land op de Winterspelen te verlagen.
De technische commissie, met onder andere de Nederlandse Jildou Gemser als lid, wil het aantal deelnemers per land op de 500, 1000 en 1500 meter terugbrengen van vier naar drie. Dat geldt ook voor de 3000 meter voor dames en de 5000 meter voor heren.
Op de langste afstanden, de vijf kilometer voor dames en de tien kilometer bij de heren, moet het aantal deelnemers per land worden teruggebracht van drie naar twee, waarmee een clean sweep in de toekomst niet meer mogelijk zal zijn. In Sotsji wisten Jorrit Bergsma, Sven Kramer en Bob de Jong alle medailles op de tien kilometer te veroveren.
Volgens de technische commissie sluit het quotum van drie rijders per afstand aan bij de meeste andere olympische disciplines en kunnen zo meer verschillende landen meedoen aan de Spelen. Een verlies aan kwaliteit verwacht de commissie niet omdat ‘de als vierde geplaatste rijder vaak ook al op een andere afstand actief is’.
Onderdeel van het nieuwe voorstel is ook om de deelnemersaantallen op de langste afstand voor dames en heren terug te brengen van zestien naar twaalf omdat de laatste edities van de Spelen het maximum van zestien deelnemers niet werd gehaald.
En omdat de deelnemersaantallen op de vijf en de tien kilometer zoveel lager liggen dan op de korte afstanden is het volgens de commissie ook logisch om het quotum per land op de langste afstanden naar beneden bij te stellen.
Naast het schrappen van deelnemers wil de commissie, onder leiding van de Noor Tron Espeli, ook de mass start als olympisch onderdeel al opnemen in de reglementen met zowel bij de heren als de dames 24 deelnemers, met maximaal twee deelnemers per land.
Het totaal aantal individuele startposities per land, dus exclusief de team pursuit, komt daarmee op zestien, twee minder dan bij de afgelopen Spelen. Daarbij blijft het totaal aantal toegestane rijders per land gelijk: tien heren en tien dames. De druk op de startplekken voor de Nederlandse schaatsers lijkt daarmee alleen maar groter te worden.
De KNSB heeft voor het ISU-congres juist een voorstel gedaan om de selectie voor een land dat op alle onderdelen deelneemt juist te vergroten naar 22 plaatsen (elf heren en elf dames) om de druk op de nationale selectieprocedure voor de Spelen wat te verlichten.
Het congres waar dit voorstel besproken zal worden vindt in de tweede week van juni plaats in de Ierse hoofdstad Dublin.