Bij deze. De Boo, zoals altijd euforisch pratend en gebarend om de race te doen herleven voor zijn gehoor, had weer genoten. Van zijn tijd – 1.07,83 – die ook sneller was dan het net door Stolz weggevaagde, oude baanrecord van Thomas Krol (1.07,92). Van de steeds geringer wordende achterstand ten opzichte van de Amerikaan (1.07,62). En van het vooruitzicht van nog een 500 meter op zondag, gevolgd door een extraatje in de vorm van de teamsprint. “Het kan een mooie slotdag worden van onze Aziatische reis”, sprak hij hardop de wens uit.

Waar hij stond te tetteren, had zich kort ervoor een andere kampioene-in-spe gemeld om de dag op de Chinese ijsbaan door te nemen. De Boo raadde de naam toen hij de eerste hint kreeg. 'Oud-huisgenote in Heerenveen'. “Oh ja, Angel, natuurlijk. Ze zit bij Essent, ik rijd voor Reggeborgh, dus volgen we ons eigen programma. Daarbuiten zien we elkaar geregeld en dan is het meteen gezellig. De ene keer komt ze lunchen, een andere keer spreken we af in Thialf. Ik denk dat onze gastouders heel trots op ons zijn. Logisch hoor, want het is bizar wat er de laatste jaren is gebeurd met ons. Vergeet bovendien niet dat Angel drie jaar jonger is dan ik. Ik vind het ongelooflijk knap wat ze laat zien.”

Angel Daleman en Jenning de Boo tussen de Chinesen fans.
Wie wint heeft vrienden, maar Angel en Jenning scoren in China nu al de nodige fans. | Foto: Orange Pictures/ Andre Weening

Beau Snellink beleeft de gewenste seizoensstart

De bronzen bekroning voor Beau Snellink na een op maat gereden koers in de Ice Ribbon baarde minder opzien dan de ‘nederlaag’ die Davide Ghiotto leed op de vijf kilometer. Sander Eitrem heette de beul van dienst in een vermakelijk duel aan het slot van de lange tweede dag in Beijing.

Snellink kon content zijn. Twee weekends, twee eremetaal-achtige bewijzen van puik schaatsen. Hij greep terug op 2023-2024, de jaargang die hij ‘rot’ noemde maar daarmee de misère wat zwak uitdrukte. “Ik ben dit seizoen in elk geval sterk begonnen. Nu lekker door bouwen naar wat er nog meer zal komen”, sprak de man van Team Essent, een van de weinigen in de Nederlandse delegatie die hoegenaamd geen nadelige effecten had ondervonden van de lange reis en de bijbehorende jetlagverschijnselen.

“Hoe dat komt? Ik denk dat het een kwestie is van je erop instellen. Ik zit er ontspannen in, zie wel hoe het gaat. Dan maar een uurtje minder slapen, daar word je ook niet minder van. Het interesseert me evenmin of we richting Azië of Noord-Amerika moeten. Die benadering bevalt me, al geef ik toe: ik kijk er erg naar uit om naar huis te vertrekken, want ik ben het eten hier wel beu.”

In Tsjechië lijkt er op niet al te lange termijn een mannelijke opvolger voor Martina Sablikova te komen, luisterend naar de naam Metodēj Jilek. De pas 18-jarige kerel verbeterde zaterdag het wereldrecord voor junioren op de vijf kilometer. Jilek werd vijfde in de daguitslag, maar dook onder 's werelds beste tijd van Sigurd Henriksen (6.13,84, Calgary op 10 december 2022): 6.12,99. Dat deed hij via een fantastisch tweede deel van zijn rit, waarin de rondetijden dansten tussen 29,1 en 29,5. In oktober scherpte hij ook al de junioren-toptijd op de tien kilometer aan op de baan van Inzell.

Beau Snellink
Twee keer in de prijzen: het kan veel minder, weet Beau Snellink. | Foto: Orange Pictures/ Andre Weening

Het zou net zo verstandig zijn als de bijna twee meter lange bochtenacrobaat zelf ook zo nu en dan achterom kijkt naar het imposante successpoor dat hij reeds heeft getrokken. In de volksmond heet het dat winnen nooit zal vervelen. De Boo moet zich echter de jongste weken meer dan hem lief is tevreden stellen met zilver. En dat moet juist niet gaan wennen, of comfortabel voelen. “Nee, nee”, klonk het direct. “Ik wil op dat hoogste treetje belanden. Alleen, nu rijdt er toevallig een heel snelle Amerikaan rond die winnen bijzonder lastig maakt, terwijl hij niet eens voluit hoeft te gaan. Nou, dat is bij mij of Ning (de Chinees die derde werd, red.) heus anders. Wij kunnen ons dat niet permitteren.

“Op de 1000 meter ben ik nog niet op hetzelfde level als dat van Stolz. Die kan zijn rit indelen zoals hij dat wil en alsnog de zaak naar zijn hand zetten. Ik moet rijden op de manier die het best past bij mij en daarmee kan ik het podium bereiken. Hoe dat is? De eerste 600 meter volle bak schaatsen en het laatste rondje overleven. Ik merk dat het went.”

Op een meter of vijf bivakkeerde Stolz bij een hek waarachter een batterij verslaggevers de ene na de andere prangende vraag afvuurde. Stolz leek er zowaar van onder de indruk te raken. Zou hij dat van die lange Nederlander zijn? “Hmm, ik ben al redelijk dichtbij hem in de buurt gekomen, misschien voelt hij het branden. Ik weet het niet of hij zich opgejaagd zal voelen. Volgens mij heeft hij intussen veertien World Cups op een rij gewonnen. Laat ik het erop houden dat hij daarom nog niet heel erg aan het zweten is…”