Dit jaar geen koude kermis voor de 20-jarige Heerenveense. Ondanks dat ze het succes van vorig jaar herhaalde en weer Europees kampioen werd, gaat ze nu zonder verwachtingen richting Italië. “Ik heb eerder minder vertrouwen gekregen dan meer, maar dat is wel goed. Ik dacht vorig jaar: ik ben goed, misschien kan ik de stap wel maken naar de medailles. Nu denk ik: geen gekke dingen in mijn hoofd halen.”

Vorig jaar lukte het niet om een top tien te noteren. Als ze dan toch een ambitie moet uitspreken, dan hoopt de kopvrouw van het Nederlandse inline-skaten dat het dit jaar wel lukt. “Maar ik wil vooral gewoon mijn beste wedstrijden rijden. Dan zien we wel hoever we komen. En eerst ook maar eens zien hoe de baan me ligt.”

Het lijkt alsof Kamminga even terugschakelt. Maar als haar gevraagd wordt hoeveel tijd ze haarzelf geeft om wel écht voor de medailles te strijden, blijkt haar ambitie wel degelijk. “Twee jaar? Ik ga niet zeggen dat ik over zes jaar op mijn best wil zijn. Ik wil altijd op mijn best zijn. Het kan zijn dat ik nog een paar jaar doorgroei, maar ik wil nu al goed zijn.”

Ondanks de aanrijding, die haar ruim vier weken aan de kant hield, voorziet ze niet echt conditionele problemen. “Ik weet niet of ik zó fit ben als voor het ongeluk. Toen voelde ik me onverslaanbaar. Maar ik heb ook zeker niet veel ingeleverd.”

Echt investeren doet ze niet meer tussen de EK en WK in. “Daar is de tijd niet meer voor. Ik heb nog wel een trainingskamp belegd en meer gedaan dan normaal. Maar veel inhalen kun je niet meer. Ik probeer zo fit en zo snel mogelijk te blijven.”