Kjeld Nuis begon als nummer vier aan de slotafstand, was net als op de eerste omloop de snelste en ging daardoor alsnog met het zilver aan de haal. Debutant Kai Verbij pakte het brons, terwijl Ronald Mulder genoegen moest nemen met plek negen.
Nuis won de tweede 1000 meter in 1.09,09. Dat betekende bovendien een verbetering van zijn eigen baanrecord. Kulizhnikov vond zijn naam dankzij zijn 1.09,84 terug op plek twee, gevolgd door Shani Davis. De wereldrecordhouder klokte 1.09,95. In het klassement werd hij dertiende. Verbij liet met 1.10,09 de vierde tijd noteren, terwijl Mulder twaalfde werd (1.10,75).