Natuurlijk zat er een achtergrond aan die uitspraak. Want al te veel bravoure is de 18-jarige Australische vreemd. Lochland – op de 500 meter de snelste voor Irene Schouten en Bianca Roosenboom – weet domweg wat ze kan. ,,En ik train momenteel heel hard, heb heel veel snelheid in mijn benen, en de sprint gaat steeds beter. Dat was hier in Purmerend ook te zien, hoewel we vanmorgen nog een intervaltraining hebben afgewerkt. En dan was ik hier nog niet eens op m’n snelst.’’

De jonge Australische heeft zich in korte tijd opgewerkt tot een markante figuur in het Hollandse wereldje van het inlineskaten. Ze kwam twee jaar geleden vanuit Melbourne naar Nederland om bij Desly Hill te trainen en beter te worden. ,,Daarvoor is Nederland beter dan Australië’’, legt ze uit. ,,Hier zijn de meiden sterker en sneller, en worden er meer wedstrijden gereden. Om de paar dagen kun je racen, in Australië heb je alleen de nationale wedstrijden.’’ Ze vroeg Hill of er nog een plaatsje in een team was, en belandde zo in de ploeg van Cado Motus aan de zijde van rijdsters als Mariska Huisman, Manon Kamminga en Bianca Roosenboom. ,,Een heel goede groep. Ben ik echt happy mee.’’

Lochland ontwikkelde zich snel en groeit nog steeds. Niet eens alleen meer als inline-skater, maar ook als schaatsster. Want die discipline heeft ze ook ontdekt. Afgelopen winter reed ze bij toeval een 3000 meter, en dat kreeg een onverwacht vervolg. ,,Er was tijdens een clubrace in Heerenveen even niemand om tegen Manon Kamminga te rijden, en daardoor kwamen ze bij mij terecht.’’ Lochland deed het prima, zette een tijd van 4.37 op de klokken en realiseerde daarmee en passant de kwalificatietijd voor het WK Junioren. En dat, zegt Lochland, smaakte naar meer.

Komende winter wil ze daarom meer werk gaan maken van het schaatsen. Voor het seizoen reist ze al naar Calgary. ,,Want ik wil proberen me te kwalificeren voor de World Cups. Ja, de echte.’’ Lochland had een droom om als inline-skater naar de Olympische Spelen te gaan. Nu de Olympische status van die sport voorlopig ver weg is, verlegt ze haar focus. ,,Ik wil naar de Spelen. En als dat niet kan op wieltjes, dan maar op de schaats. Ik heb vier jaar de tijd om me te ontwikkelen, en die jaren heb ik hard nodig.’’

Ze krijgt daarbij zonder meer steun van ploeggenote Manon Kamminga, met wie ze inmiddels in Heerenveen een appartement deelt in een complex dat zo langzamerhand uitpuilt van de schaatsers. Kamminga hield Lochland overigens in Purmerend af van een dubbelslag, door net voor de Australische de afvalkoers te winnen, met Irene Schouten op de derde plaats. Een zege waarover nog wel wat twijfels waren, ook bij de dames zelf. ,,Het was heel close, en er was geen finishfoto. Ik weet het eigenlijk zelf niet’’, bekende Kamminga.

Ze kent inmiddels Lochland als geen ander. En uit haar karakterisering spreekt vooral respect. ,,Brooke is een vechtertje, altijd heel gemotiveerd bij de wedstrijden. En ze zet alles opzij voor de sport.’’ Dat onderschrijft Lochland ongewild zelf. Begin mei wordt ze 19 jaar, en twee jaar geleden liet ze al alles achter zich voor de sport. ,,In de laatste twee jaar ben ik tien weken thuis geweest’’, vertelt ze. Maar ze heeft het er graag voor over. ,,Ik weet wat ik wil.’’