Zo gebeurde het dat Vos, rijder van Team IKO-X2O sinds 2022, en Hoekstra, deel uitmakend van het Gewest Fryslân, hun geplande trip naar de bergen inruilden voor de recordwedstrijden op de Olympic Oval in Calgary. “Ik wilde mijn nieuwe spullen testen. Na het NK Afstanden lag er nog maar twee weken ijs in Thialf. Bovendien zat het idee eens naar Calgary te gaan al langer in mijn hoofd. Het liefst had ik dat willen ervaren tijdens de World Cup, maar daar plaatste ik me niet voor. Toen alle wedstrijden achter de rug waren, zaten Jildou en ik wat te overleggen en kwamen we uit op het rijden van de olympic finals”, vertelt Vos.
“Ik kon pas eind december 2024 weer een wedstrijd schaatsen, omdat ik heel lang problemen heb gehad aan mijn schildklier”, voegt Jildou (21) haar deel van het verhaal toe. “Die werkte niet goed en het heeft een jaar geduurd om alles onder controle te krijgen. Vanaf het moment dat trainen weer mogelijk was, volgden echter andere fysieke klachten: pijn in de lies, een irriterende rug. Starten ging niet. Eind december (26e) reed ik eindelijk mijn eerste race. Ik wist me vervolgens te plaatsen voor het NK Afstanden, daarna was het seizoen voorbij. Totdat Kayo opperde om door te gaan. Ik vond het lekker: een kort trainingsblok na het NK en dan een soort van nog even te kunnen pieken in Calgary.”
Hoekstra reed geen persoonlijke records in Canada; wel waren de 38,88 op de 500 meter en de 1.19,92 op de 1000 meter de beste tijden van het voor haar korte seizoen. Vos verbeterde zijn toptijd op de sprint met vijfhonderdsten, tot 34,78, daarmee voor de vierde keer in zijn carrière onder de 35 seconden duikend. 2023-’24 sloot hij nog af met 35,07 als beste score. “Altijd prettig om m’n seizoen af te sluiten met een kleine pr”, aldus Kayo.
Hoe beviel het avontuur in Calgary? De recordwedstrijden hadden in het verleden veel aantrekkingskracht op Nederlandse toppers, die na het seizoen graag de oversteek nog maakten. Jullie waren nu met juniore Silke Kabel de enige Nederlanders op de startlijst.
Vos: “Wat je zegt klopt wel. Vroeger waren er veel meer Nederlandse rijders. Ik ben op het idee gekomen door mijn coach, Erwin ten Hove, die vol lof was over dit evenement. Hij noemde het fantastisch, je kon er hard rijden, er waren veel wedstrijden gedurende een week, en Erwin haalde ook het eindfeest speciaal aan. Tegenwoordig is het niet meer zoals dat is ervaren door de mannen die er destijds aan meededen. Neemt niet weg dat het supergaaf was. We hebben veel geleerd van trainen op hoogte."
“De omstandigheden waren ook niet meer zo goed als voorheen. Uit wat rondvragen onder de Canadezen werd me duidelijk dat de gehele installatie van de ijsbaan erg verouderd is. Men gebruikt een koelmachine voor het ijs van de shorttrackbaan, de ijshockeybaan en de 400meterbaan. Wanneer alle pistes echter tegelijkertijd gekoeld moeten worden, krijgen de mensen het ijs niet koud genoeg. Voor een World Cup langebaan laat men het ijs van de shorttrack- en ijshockeybaan smelten, maar in de week voorafgaand aan de recordraces was er ook een shorttrackwedstrijd, dus daar lag de focus op. Het gevolg: het ijs op de 400-meterbaan was enorm zacht. Nee, qua omstandigheden was het niet fantastisch, zeker niet wat ik verwachtte. Ik ging naar Calgary om nog een keer te vlammen en te laten zien hoeveel tienden ik van mijn pr zou kunnen halen. Dat was sowieso makkelijker gezegd dan gedaan, want er is op hoogte minder luchtweerstand, maar ook minder zuurstof.”
Maar is dit dan een kwestie geweest van een keer, maar nooit meer?
Vos: “Oh nee, we zouden het zo weer doen, zeker weten, maar dan het liefst in het seizoen. Dan doet het personeel van de ijsbaan z’n best om het beste ijs te leveren. Dat idee had ik nu niet.”
Hoekstra: “Ik ben blij dat ik een beste seizoentijd heb kunnen rijden. In Thialf waren de tijden van eerdere races niet denderend geweest. Toen ik in Calgary na mijn 500 meter over de streep gleed, zag ik niet meteen goed wat mijn tijd was. Pas een rondje later kwam het besef dat ik 38,8 had neergezet, waarmee ik heel blij was. Mijn piekmomentje.”
De weg naar boven is weer ingezet, na een paar jaar van behoorlijk wat tegenslag: in 2021 kreeg je covid, dat je maanden van het ijs hield, daarna de schildklierproblemen. Het getuigt van doorzettingsvermogen om steeds te willen terugkeren.
Hoekstra: “Dat klopt. Door corona – ik had het tien dagen flink te pakken – veranderde mijn ademhalingspatroon. Het gevolg was dat ik hyperventilatie kreeg bij fysieke inspanning. Gelukkig ging dat redelijk snel voorbij, maar mijn schildklierproblemen duurden aanmerkelijk langer. De oorzaak was moeilijk te achterhalen. Het kan zijn veroorzaakt doordat ik corona had bij de World Cup voor junioren, waarna ik direct een trainingskamp had op hoogte in Collalbo. Dat was heel hard trainen; het kan zijn dat de combinatie van die drie dingen effect op de schildklier had. Maar”, zo voegt Jildou erachteraan, “het meest voor de hand liggende is dat ik te hard heb getraind zonder goed naar de signalen van mijn lichaam te luisteren. Een kwestie van graag willen en doorgaan wanneer het niet meer kan. Ik heb een hoop geleerd van die periode.”
En Kayo, wat ben je opgeschoten qua materiaal?
Vos: “Ik was verleden jaar geswitcht naar een ander schoenenmerk (van Groothuis naar Rebel, red.) omdat de pasvorm me niet beviel, en dit seizoen op andere ijzers gaan schaatsen. Het gaat hartstikke goed, al merkte ik de voorbije maanden dat het wennen was op het ijs. Vandaar mijn wens nog een paar weken langer door te trainen, zodat ik bij de start van het nieuwe seizoen niet het gevoel heb dat ik nieuw materiaal aan mijn voeten heb. Als je dan een paar honderdsten van je pr afrijdt, is dat wel lachen.”