DE DECEPTIE VAN EEN SPELEN ZONDER SUCCES

Het lijkt al jaren een vanzelfsprekendheid te zijn dat Nederlandse schaatsers op de Olympische Spelen met de koffers vol medailles terugkeren naar huis. Dat was vroeger wel eens anders. In 1984 wist de olympische ploeg zelfs helemaal geen eremetaal te veroveren. Hilbert van der Duim, een van de grote namen in die selectie, kwam er niet aan te pas op de Spelen die gedomineerd werden door negatieve publiciteit.

Het was in de zomer van ’83 dat Van der Duim zich voorgenomen had er nog een seizoen alles uit te halen. De Friese schaatser was nog maar 25 jaar en had al talloze allroundtitels gewonnen, toch keek hij uit naar zijn laatste seizoen. “Ik wilde mijn carrière afsluiten met de Olympische Spelen en daar nog een keer alles voor doen en laten. Dat werd een deceptie. Ik was vlak voor de Spelen nog Europees kampioen geworden en had goede hoop, maar het kwam er in Sarajevo niet uit. Ik denk dat het moment van pieken, de topvorm, dat we dat niet goed in de vingers hadden. Er was zelfs helemaal geen Nederlands succes.”

Foto: Richard Wareham

“Het begon nog wel goed: ik was vaandeldrager, dus ik voelde me vereerd”, herinnert Van der Duim zich nog. De omslag volgde echter snel. Het toernooi in Sarajevo is de geschiedenisboeken ingegaan als een dieptepunt in de schaatshistorie. Al vanaf de eerste dag vielen de prestaties tegen. Ruzies en conflicten zorgden ervoor dat de sfeer in het olympisch dorp bekoelde. De trainers Henk Boer en Gauke Nijholt konden elkaar niet meer luchten of zien en de media en het thuispubliek smulden van een typische schaatsrel zoals die tegenwoordig haast traditioneel rond elke Winterspelen de kop opsteekt.

“Als ik Lake Placid vergelijk met Sarajevo, was de sfeer in Sarajevo wel een paar niveaus lager”, bevestigt ook Van der Duim. “In Lake Placid werden natuurlijk medailles gewonnen en zat de sfeer er direct goed in. In Sarajevo was er geen reden om feest te vieren. En dan moet er een zwarte piet aangewezen worden. Dat is altijd lastig. Ligt het aan de trainers, de kwaliteit van de schaatsers of de vorm?”

De vaderlandse rel ging echter grotendeels langs Van der Duim heen, beweert hij decennia na dato. De man van het vogelpoepje en 'Hilbert jongen je moet doorrijden' nam juist een heel andere gedachte mee terug uit Joegoslavië. “Voor mij waren het vooral de Spelen dat duidelijk werd dat je moet specialiseren om op de Spelen goed te kunnen zijn. Voorheen ging je als allrounder naar de Spelen en kon je op alle afstanden meedoen. Daar is Sarajevo wel een omslag in geweest. Ik was een typische allrounder, kon redelijk goed op de kortebaan, had een goede sprint en een goede lange afstand. Ik reed goede marathons en werd achtste op de Elfstedentocht. Ik beheerste alle disciplines, maar was in alles net niet goed genoeg.”

Foto: Soenar Chamid

Dat besef kwam in Sarajevo als keiharde werkelijkheid bij Van der Duim binnen. “Ik dacht dat ik op de 5000 meter een kanshebber was. In de rit tegen Tommy Gustafson ging ik goed en kruiste ik voor hem langs. Na een derde van de rit veranderde dat en kon ik alleen nog maar volgen. Het werd uiteindelijk niks. Dat was echt een domper. De andere uitslagen weet ik eigenlijk ook niet eens meer. Ik heb dat misschien verdrongen.”

Ondanks de afwezigheid van olympisch eremetaal en de dramatische ambiance in Sarajevo kijkt Van der Duim met tevredenheid terug. “De Spelen zijn een hoogtepunt geweest en ik ben nog altijd trots dat ik mee kon doen.” Er zijn dingen die hem levendig zijn bijgebleven, toch zijn de Spelen zeker niet het hoogst haalbare, aldus de Fries. “Als je mij op de man af vraagt of ik liever olympisch goud had gewonnen of de Elfstedentocht, dan toch liever dat laatste. Alleen is dat ook nooit gebeurd… Is het dan allemaal mislukt? Nee, zeker niet.”