Recordregen op de training, maar ook WK-medailles?

Het was een grappig slotakkoord van een klein uurtje waarin vrijwel alle rijders hun beste rondetijd op de megasnelle baan in het Capitol Indoor stadion realiseerden. Dat vertelde iets over de vorm: die is goed, maar vormt natuurlijk geen garantie voor oogstrelende prestaties op vrijdag (kwalificaties), zaterdag en zondag (finaledagen). Kerstholt putte er in elk geval wel vertrouwen uit, want hij kon het niet nalaten alle tijden van de vrouwen als een telex op te ratelen.

“Xandra Velzeboer reed op kop 8,3 (seconden). Michelle op kop 8,44. Samen 8,20, dat was net niet een record voor Xandra, maar wel voor Michelle wel dik. Zoë Deltrap is van 8,5 naar 8,4 gegaan. Diede van Oorschot kreeg er niet zoveel eraf. Zij zat ook elke keer niet in het lekkere groepje. Toch naar 8,57. Gewoon harder. Dus allemaal vooruitgang. Die vrouwen, dat bouwt gewoon lekker door", besloot hij de reeks opgewekt.

De mannen? Die vond de baas van Oranje tot woensdag ‘een beetje onrustig’. “Sommigen braken weg op het ijs, dat had met het materiaal te maken. Jens van ’t Wout reed zojuist even 7,8, die vloog zo hard dat hij boven op de anderen knalde. Die is goed en een medaillekandidaat, kunnen we concluderen. Daan Kos kreeg op kop van het groepje rijdend, 2,5 tienden van zijn ronderecord af. Sjinkie Knegt en Itzak de Laat hadden iets meer moeite. Sjinkie was vorige week nog ziek, het lijkt erop dat hij iets minder fit is. Hij had veel moeite met de zware training van dinsdag. Kijken we naar de mannen die dit seizoen individueel de medailles hebben gewonnen – Daan, Teun Boer en Jens – dan ben ik tevreden voor het weekend.”

De enige kopzorg betrof Selma Poutsma. Ze stond weer op de baan, maar daar was alles mee gezegd. Twee, drie rondjes schuifelde ze over het ijs, daarna gleed ze voorovergebogen uit, trok haar handschoenen uit en meldde zich af bij assistent-coach Haralds Silovs. Het zou een wondertje zijn, mocht de sprintster op tijd verlost zijn van waarschijnlijk een voedselvergiftiging om vrijdag mee te doen aan de kwartfinale van de vrouwenrelay. “Al ziet het er niet goed uit, ik zeg nog niet dat Selma er definitief niet bij zal zijn”, lichtte Kerstholt toe. “Ze heeft niet getraind deze week op dit ijs en die anderen hebben allemaal heel veel snelheid in de benen. Tegen ziek worden doe je niets, helaas.”

Hij ging verder in op het ontbreken van de zussen Velzeboer op de langste afstand in het wedstrijdschema, de 1500 meter. “Die wilden beiden niet rijden, omdat ze zich liever richten op de nummers waarin ze op hun best zijn. Er zit duidelijk verschil tussen hun 500 en 1000 meter en de 1500. Door de volgorde van het programma dit jaar, is de kans groot dat ze vermoeid aan de 500 zouden beginnen. Hoe meer iemand een sprinter is, des te groter het nadeel dat hij of zij heeft. Een allrounder kan juist wat ingereden zijn en daarna de sprint induiken, zoals Kristen Santos dat kan.”

Kerstholt noemde Xandra Velzeboer een favoriete voor de 500 meter, al tast hij in het duister over de plek waar ze momenteel precies staat. “Ik durf niet te zeggen of ze alweer het niveau heeft van voor haar knieblessure (rondom het EK openbaarde die zich, red.), maar ze schaatste deze week heel snel. Het heeft er alle schijn van dat ze die kant weer opgaat, zeker als ik zie dat ze nu een recordje reed op kop dat heel dicht bij de snelste tijd ooit zat. Bovendien waren de starts die ze maakte prima. Ze is fit, en fris in het hoofd.”