De Vries schaatste al langer rond met problemen aan haar enkel. Aan de binnenzijde van haar voet had ze extra botaangroei ontwikkeld door de druk van haar schaatsseizoen. Tijdens een val is daar vermoedelijk een botsplinter vanaf gesprongen.

“Ik schaatste altijd met pijn en zat tijdens wedstrijden aan de pijnstillers. Dat heeft ook geen lekker effect op je lichaam, soms speelde mijn maag op”, legt De Vries uit.

Haar coach Jeroen Otter knutselde aan haar schaatsschoen. Hij haalde het carbon weg ter hoogte van de pijnlijke plek en verving dat voor slechts een stukje leer. Maar ook die maatregel haalde niet voldoende de pijn weg.

Voor de vriendin van Daan Breeuwsma kwam het daarom neer op twee opties: stoppen of opereren. “Als je altijd met pijn schaatst is het niet leuk meer. Toch was het een lastige beslissing, je laat toch in je voet snijden puur voor de sport.”

Na de operatie in april volgde een lange revalidatie. Er moest aan het bot worden gesleuteld en daarvoor moest ook een pees wijken, die vervolgens weer opnieuw moest worden vastgezet. Ruim zes weken gips volgde. Het was frustrerend voor De Vries. “Je ziet iedereen schaatsen en zelf kan je net een uurtje op de fiets. Ik was heel weinig bij de groep.”

Pas begin oktober kon De Vries weer voor het eerst op het ijs stappen. “Mijn enkel voelt veel stabieler. Ik heb nu het gevoel dat ik veel meer kan hangen.”

Dat betaalde zich meteen uit bij haar eerste internationale wedstrijd. Vorige week reisde ze af naar het Zweedse Malmö voor de Europese Starclasswedstrijd waar ze de 500 en de 1000 meter won en ook het eindklassement op haar naam schreef.  

Eigenlijk had ze het eerste deel van het seizoen al uit haar hoofd gezet, dat De Vries al bij de wereldbeker in Sjanghai haar entree maakt in een meevaller. Topprestaties mogen we nog niet verwachten, maar de Friezin is blij weer terug te zijn.

“Ik heb het gevoel dat ik pas in de derde maand van de zomertraining zit. Mijn conditie en kracht zijn nog niet op pijl. Ik zou graag mij niveau van vorig jaar doortrekken, maar dat is niet realistisch. Ik zal mijn races tactisch op een andere manier moeten indelen.”