Actief gebruik maken van sociale media zit bij de langebaanschaatser Jan Blokhuijsen (26) niet in zijn DNA. “Ik moet er wel een beetje toe gezet worden. De laatste tijd probeer ik het een beetje bij te houden”, vertelt hij. Zijn ploeg hamert erop dat de schaatsers vooral veel vertellen over wat ze aan het doen zijn. “Er is de wens dat we content creëren voor onze volgers. We willen als team onderscheidend zijn, ook daar. Het liefste zouden we onze volgers mee willen trekken in ‘ons verhaal’ en een inkijkje in het leven van een topschaatser geven.”
Ondanks de wensen van de ploeg, zitten er grenzen aan de mate waarin Blokhuijsen zijn privéleven wilt delen met zijn volgers. “Een paar jaar geleden heb ik met een meisje uit Wit-Rusland een relatie gehad. Nog steeds ben ik heel goed bevriend met haar ouders en bij hen ging ik op bezoek in aanloop naar het EK”, blikt hij terug. “NOS vroeg of ze daar ook mochten filmen, maar dat vond ik te ver gaan. Voor mij is dat te persoonlijk. Zeker met camera’s erbij. Foto’s en verhaaltjes op Instagram kun je nog zelf kiezen, dat is nog iets anders dan mensen die een eigen reportage over jouw privéleven willen komen draaien.”
Het stelt hem voor een dilemma. “Ik vind dat lastig. Je ziet dat onze maatschappij steeds meer openbaar wordt. De grens tussen privé en openbaar schuift op. Ik ben iemand die niet per se in de picture hoeft te staan, maar soms wordt het wel van mij verwacht. Die balans ben ik een beetje aan het verkennen. Ik ben bijvoorbeeld richting grote toernooien toe heel gefocussed. Daar richt ik me liever op mezelf dan op het delen van dat verhaal. Toch wil ik ook dat beter gaan oppakken. Als we onze volgers mee willen trekken in ‘ons’ verhaal, moeten we juist dan – en ook de nare dingen – onszelf natuurlijk ook laten zien. Ik hoop dat ik daar samen met mijn ploeg nog wat stappen kan zetten.”
Het schaatsen levert hem veel fans en volgers op, waarmee hij ook graag in contact staat. “Ik vind de interactie met mijn volgers heel erg leuk. Wij zijn ambassadeurs van onze sponsors en van onze sport, en ik vind het ook wel leuk om dat uit te dragen. Natuurlijk zijn wij druk, dus ik kan niet op alles antwoorden, maar ik probeer het wel”, vertelt hij. Hij denkt goed na over hoe hij precies overkomt op sociale media. “Ik ben een bescheiden en spontane gozer, daarnaast vind ik het leuk om gewoon een beetje te ouwehoeren. Niet te kritisch, maar juist luchtig en met veel humor, dat probeer ik uit te stralen.”
Toch heeft het ook zijn keerzijde dat hij bekend is geworden als schaatser. “Soms deel ik iets over een film of een goed boek, en dan krijg ik reacties als: ‘gast je bent sporter, richt je daar lekker op’. Het lijkt niet gewaardeerd te worden als ik over andere dingen dan schaatsen iets over zeg. Dat vind ik soms wel jammer.”
Eén van de meest memorabele posts van de topschaatser is geplaatst tijdens de Olympische Spelen in Sotsji. “Dat was na het winnen van het olympische goud”, vertelt hij. “Samen met Sven en Koen. Iedere keer als ik die foto bekijk gaan mijn gedachte terug naar dat moment. Leuk om die euforie opnieuw te beleven als ik langs die foto scroll.”
Het dagelijks leven van de schaatser komt ook veelvuldig voorbij op het Instagram-account van Blokhuijsen. Zo zijn er ook veel foto’s en selfies te vinden met honden erop. Eén van de favoriete onderwerpen van de 26-jarige schaatser. “Ik heb een hele goede band met dieren en zeker met honden, maar door mijn onregelmatige schema kan ik er zelf geen nemen”, vertelt hij ietwat bedroefd. Gelukkig voor de topschaatser zijn daar oplossingen voor. “Toen ik mijn huis kocht drie, vier jaar geleden kregen mijn buren een pup. Ik vond dat schitterend en ging heel vaak na het trainen nog even met dat hondje naar het bos. Ik sta in de buurt bekend als de dog whisperer, ik heb van meer mensen in de buurt de huissleutels zodat ik met hun honden kan lopen.”
Een andere passie van Blokhuijsen is om veel in de natuur te trainen en te zijn . Dat is veelvuldig te zien op zijn Twitter en Instagram-account. “Natuur vind ik heel mooi en ook belangrijk, dus wil ik dat ook wel graag delen.”