De Boo had de omstandigheden tijdens de belangrijkste race van het seizoen niet bepaald mee. De Groninger moest zich voor de tweede keer klaarmaken voor de start nadat zijn tegenstander Marek Kania te vroeg bewoog. Ondanks dat kwam De Boo tot een keurige opening (9,54) en plakte hij er een uitstekende ronde aan vast met 34,24 als eindtijd. Coach Gerard van Velde keek vanaf de kruising gespannen toe en zag zijn pupil onder de tijd van Jordan Stolz (34,38) duiken. De ontlading die volgde was enorm. “Weer die valse start, mijn hart zat hier”, wees De Boo in een eerste reactie bij de NOS naar zijn hoofd. “Ik ben zó blij, zó opgelucht. Holy shit.”
De valse start brak De Boo twee weken geleden in Heerenveen op, nu niet: “Ik zat zo in mijn focus, was zo gespannen. Ik wilde zo graag, kan er wel van huilen. Gerard heeft twee wereldkampioenen in zijn ploeg nu, echt bizar”, refereerde hij aan de gouden medaille van teamgenote Femke Kok eerder op de avond. Heel dit seizoen slaagde De Boo er niet in om Stolz in goeden doen te kloppen, maar in Hamar lukte het. Zelf had De Boo niet het geloof dat hij de Amerikaan kon kloppen. “Ik had wel gedacht dat ik 34,3 kon rijden, het werd 34,2. Dat is alleen maar mooi.” Hij reed daarmee zelfs het baanrecord van Jeremy Wotherspoon (34,31 uit 2008) uit de boeken.
Stolz moest genoegen nemen met het zilver terwijl Cooper Mcleod verrassend de bronzen medaille pakte en Laurent Dubreuil met een honderdste van een seconde versloeg.
Merijn Scheperkamp moest het afleggen tegen Yevgeniy Koshkin, maar beide mannen kwamen eigenlijk niet in het stuk voor. Scheperkamp werd elfde. Janno Botman was binnen 100 meter klaar met zijn WK, hij ging onderuit.