Het zilver bij de wereldkampioenschappen in maart was verrassend. De damesploeg  (Jorien ter Mors, Annita van Doorn, Sanne en Yara van Kerkhof) kwam op wereldniveau nooit verder dan een derde plaats, maar piekte in Sheffield op het juiste moment. “Als ik het filmpje bekijk, dan krijg ik nog kippenvel. Het blijft bijzonder, iets om trots op te zijn”, vindt Yara van Kerkhof.

“Ik zag de Canadese kapot gaan en kon mooi buitenom. Als je als tweede over de finish gaat, dan is de ontlading groot. Je beleeft het toch anders dan wanneer je je ploeggenoot naar de streep schreeuwt”, kijkt Van Doorn, die als slotrijdster in de baan kwam, terug. Toch heeft een zomer trainen er voor gezorgd dat de herinnering een beetje is weggezakt. “Als het net is gebeurd leeft het heel erg. Nu is het tijd om weer zoiets te doen”, kijkt Sanne van Kerkhof vooruit.

Een goede zomer heeft het vertrouwen van het damesteam, dat in januari in eigen land ook de Europese titel pakte, versterkt. “Iedereen is harder gaan schaatsen, vooral de snelheid van Sanne en Yara is hoger. Het team is sterk en fit”, stelt Ter Mors. In de trainingen kwam het team in een eerste test al tot een tijd van vier minuten en 15 seconden op de 3000 meter aflossing. “Dat was weliswaar achter de mannen, maar vorig jaar zijn we in de wedstrijd maar twee keer sneller geweest. Dat Nederlands record op de aflossing gaat er sowieso aan”, denk de jongste Van Kerkhof.

“Maar, ik heb liever een medaille dan een Nederlands record.” En daarmee zijn de doelen van de ambitieuze ploeg gelijk duidelijk. “We gaan voor finaleplaatsen en dus voor medailles”, stelt Sanne van Kerkhof. “En net als vorig jaar pieken op de titeltoernooien, daar laten zien dat we het kunnen.”

De ploeg groeide de afgelopen jaren langzaam naar de wereldtop. In 2010 was er een vierde plaats bij de Olympische Spelen in Vancouver, afgelopen seizoen vielen de grote prijzen. “De laatste jaren is onze topsnelheid veel hoger geworden en dan merk je dat je mee kan met de wereldtop, ertussen kan rijden. We zijn goed op elkaar ingespeeld. Hebben goede wissels en verspillen weinig energie”, aldus Van Doorn. Ter Mors verwacht dat de ploeg in de laatste rondes nog sterker is geworden. “Onze snelheid is hoger en we hebben minder verval. Vaak zit het in de laatste ronde nog allemaal bij elkaar, dan moet je een goede actie kunnen plaatsen.”

Dat de ploeg vrijdag in Salt Lake City als vice-wereldkampioen aan de start  verschijnt van de eerste wereldbeker maakt voor Ter Mors weinig verschil. “Het is niet anders dan andere jaren. Resultaten uit het verleden bieden geen garantie voor  de toekomst. We beginnen fris aan het seizoen.” Ook Yara van Kerkhof verwacht geen respect van andere ploegen door de nieuwe status. “Iedereen zal het zich nog wel herinneren, maar we zullen nog meer moeten laten zien willen we de andere teams echt bang maken.”