“Ik weet die zenuwen goed te verbergen”, vertelt een uitgelaten De Boo na afloop. “Zou ik daar shakend op het ijs staan, dan straalt dat een verkeerd beeld uit. Iedereen vroeg of ik voor de tweede dag veel zenuwachtiger zou zijn door mijn voorsprong. Maar je bent nooit zeker. Er kan van alles gebeuren: valpartijen, missers, weet ik veel.”

Toch bevatten de vier ritten van Jenning de Boo weinig haperingen dit weekend. De goede prestaties van zaterdag wist hij op zondag zelfs te overtreffen. 34,30 werd 34,29 en 1.07,72 werd 1.07,34. Vooral die laatste notering was een knappe. “Ik kwam heel verbaasd over de finish, want ik had die tijd niet verwacht. Ik was erg moe voor de race en moest er alles uit persen.”

Niet alleen de twee 1000 meters – ‘Je moet niet een keer pieken, maar vier keer goed zijn. Een grote belasting op je lichaam’ - hadden veel energie gekost. Ook de mentale inspanning. “Ik voelde me een beetje ziekjes door die spanning. Gisteravond in het hotel was mijn hartslag nog heel hoog. Ik sliep niet voor half twee. Maar als ik mijn kapje over mijn hoofd doe en mijn bril opzet, dan verdwijnt dat snel. Ik kom in een soort presteermodus.”

Jenning de Boo
Ziekjes, hoge hartslag: die zenuwen waren bij de ereronde door een vol Thialf snel vergeten. | Foto: Soenar Chamid

Voorafgaand aan het slotnummer van het toernooi spraken de coaches hem toe: ‘Je hebt een mooie voorsprong. Ga ervoor, maar neem geen onnodige risico’s’. De Boo nam de woorden tot zich, maar vertaalde ze toch eniszins naar daden op het ijs. “Ik heb een soort van geluisterd. Als ik aan de start sta, spookt dat advies niet door mijn hoofd. Ik kan niet een beetje inhouden, zo werkt dat niet bij deze sport. Het is alles of niets voor mij. Dat pakt vaak goed uit.”

‘Vaak’ kan de afgelopen maanden bijna vervangen worden door ‘altijd’. Op een misspeer tijdens een World Cup-race na heeft De Boo elke race geleverd. Toch is hij zelden helemaal voldaan. Zo ook in Thialf. “Ik heb nog steeds niet de perfecte race laten zien. Er is verbetering mogelijk en dat vind ik alleen maar mooi. Ik hoop de eerste 33’er en de eerste 1.06 te laten rijden in Thialf. Dat is wat ik het liefst wil.” Even lijkt hij te schrikken van zijn eigen woorden: “Of die 33’er echt een doel is, weet ik niet. Ik wil in ieder geval proberen het Nederlands record (34,08) of het baanrecord (34,07) te pakken.”

Door zijn Nederlandse titel mag De Boo 10 januari debuteren op het EK Sprint. “Ik neem door deze prestaties zelfvertrouwen mee naar dat toernooi, maar ook meer druk.”

De komende week heeft De Boo nog even andere plannen: “Lekker bankhangen.”

'Die goede 1000 meter was geen incident'

De nummer twee Merijn Scheperkamp was niet ontevreden over zijn vierkamp, waarbij hij op elke afstand op het podium eindigde. “Ik heb vier solide afstanden gereden dit weekend, maar een rijder was beter. Hem verslaan zit er in; nu nog niet. Tijdens het EK hoop ik een stap te maken en het Jenning iets moeilijker te maken.”

Voor Scheperkamp zat de grootste winst in de 1000 meter, waar hij twee keer onder de 1.08 dook (1.07,97 en 1.07,90). “Zaterdag was geen incident, ik hoor er echt bij op de 1000.” De regerend Europees kampioen is blij met zijn EK-ticket. “Ik heb in elk geval een kans om mijn Europese titel te verdedigen, ook al ben ik niet de favoriet. Ik baal wel een beetje dat het gat zo groot is, maar ik heb geleerd positief te zijn over mijn eigen prestaties. Soms moet je blij zijn met wat je presteert.”

Merijn Scheperkamp
De Europese titel mag Scheperkamp over ruim anderhalf week verdedigen in een vol Thialf. | Foto: Soenar Chamid