Paulien Verhaar (24), schaatsster bij Team FrySk, is sinds een week begonnen met een premaster gezondheidspsychologie aan de Open Universiteit. Een slijmbeursontsteking aan de knie, opgelopen door een val tijdens een droogtraining in augustus, zet Verhaar voorlopig buitenspel. De studie biedt in zo’n geval een mooi vangnet. “Het is fijn om tijdelijk ergens op terug te kunnen vallen”, aldus Verhaar, die ondertussen weer voorzichtig haar eerste slagen op het zomerijs heeft gemaakt.
De keuze voor de Open Universiteit komt niet uit de lucht vallen. Eerst volgde de geboren Castricumse een bachelor technische geneeskunde, die ze combineerde met haar trainingen bij het toenmalige RTC in Enschede. Na een confrontatie met long covid begon ze te twijfelen of dit echt haar toekomst was. Haar passie lag meer bij het patiëntencontact en de gezondheidszorg dan bij de technische aspecten. Ook bleken de stages die ze moest lopen te intensief in combinatie met het schaatsen. Ze nam een tussenjaar, werkte bij de dokterswacht en besloot de overstap te maken naar de premaster gezondheidspsychologie.
De kennis die ze opdoet - in de voornamelijk online lessen - komen meteen al goed van pas. “Momenteel behandelen we een vak dat gaat over de invloed van de psychische aspecten op ziekte, het voorkomen ervan, maar ook het herstel. De invloed van stress bijvoorbeeld; heel interessant. Nu ik met mijn knie zit, kan ik het meteen toepassen.”
De rijdster, die droomt van olympisch goud op de 1500 meter, benadrukt het belang van rust nemen en een juiste balans om overbelasting te voorkomen. “Ik heb geleerd om niet al mijn vrije tijd vol te plannen met studeren. Het breekt je op.” Daarnaast adviseert ze: “Leef niet als een kluizenaar, dus alleen maar schaatsen of studeren. Ontspanning tussendoor is ook belangrijk.” En plots schiet haar nog een voordeel van het studeren te binnen. “Ik heb al twee keer aan de World University Championships mee mogen doen, een superleuke ervaring.”
Daan Gelling (23), rijder bij de marathonploeg van Jillert Anema, Royal A-ware, studeert Spatial Planning & Design aan de rijksuniversiteit Groningen. Zondag keerde hij terug van een trainingskamp in Livigno, waar de Groninger nog herstellende was van een gebroken sleutelbeen, opgelopen tijdens een skeelertraining. Zes weken geleden werd hij hieraan geopereerd. De studieboeken waren wel mee naar Italië, maar hij probeerde zich daar vooral op zijn sport en het herstel te concentreren.
De studie richt zich op ruimtelijke ordening en het plannen van wijken en steden. Het onderwerp interesseert hem door de actuele problematiek in Nederland vanwege de bevolkingsdichtheid. Gelling volgt één of twee vakken per periode. “Hierdoor loop ik wel wat studievertraging op, maar anders gaat het ten koste van het schaatsen en dat wil ik niet.” Daarnaast erkent hij dat persoonlijke begeleiding van zijn professoren en studieadviseurs essentieel is om de combinatie met de sport te laten werken.
De schaatsende student woont op kamers in Groningen. “Als het even kan, probeer ik naar de campus te gaan. Wel zo leuk. Ik rijd vaak met Sjoerd den Hertog en mijn zus naar Thialf, die op hetzelfde moment trainen. In de zomer hebben we niet veel centrale trainingen; twee of drie keer in de week. De ijstrainingen zijn vaak tussen de middag, qua timing ideaal.”
Optrekken met mensen buiten het schaatsen, spreekt de langeafstandsspecialist aan. “Het is fijn om het ook over andere dingen te kunnen hebben dan alleen de sport. Ik vind het wel eens moeilijk om na de les meteen weer door te moeten naar de training. Dan mis je een beetje de aansluiting, maar gelukkig snappen zij het.” Hoewel Gelling weinig overeenkomsten ziet tussen zijn studie en het schaatsen, geeft hij toe dat hij soms tijdens het fietsen wel eens let op stedelijke planning en ontwerp.
Gellings vroegere middelbareschoolmaatje en ploeggenoot bij iSkate, Harm Visser (22), heeft de combinatie van sport en studie in vijf jaar succesvol doorstaan. De schaatser bij marathonteam Jumbo-Visma is sinds juni gediplomeerd fysiotherapeut. Het was een reis van balanceren. "De eerste drie jaar was het redelijk te combineren. Pas in het vierde jaar ontstond er een probleem. Ik moest 1.200 uur stage lopen. Voor mij was dit in alle opzichten een onhaalbare missie binnen de reguliere tijd."
Goede studiebegeleiding bleek – net als bij Gelling - de sleutel tot succes. “Ik heb ontzettend veel steun gehad van topsportcoördinator Caspar Mijlius van de Hanzehogeschool. Je moet iemand hebben die je helpt in jouw proces, want je raakt de binding met je studie kwijt als je er fysiek nauwelijks kunt zijn. Als je deze ‘tussenschakel’ niet hebt, word je roerloos.”
De winnaar van de Marathon Cup van afgelopen jaar heeft ook veel geluk gehad met zijn stageadressen. “Uiteindelijk heb ik een jaar bij de fysiopraktijk in Gorredijk van Hannie Schulting (de moeder van, red.) en Jeroen Schadron stage gelopen. Het laatste half jaar heb ik dit kunnen doen bij Bob Stoker in Groningen. Zij waren heel meedenkend en oplossingsgericht. Hier ben ik ze heel dankbaar voor.”
Visser benut zijn kennis als fysiotherapeut om schaatsprestaties te verbeteren. “Ik zie bijvoorbeeld wel eens teamgenoten niet recht op hun fiets zitten. Ook bij bepaalde klachten herken ik automatisch patronen. Ik geef ze tips als ze daarvoor openstaan.” Teamgenoten behandelen, daar begint de man uit De Westereen niet aan. “Op een trainingskamp ben ik de sporter en niet de fysiotherapeut.”
De ervaringsdeskundige sluit af met een gouden tip. “Doelloos studeren om het studeren, werkt in combinatie met topsport niet”, waarschuwt Visser. “Zonde van je tijd. Je moet het echt leuk vinden, anders ga je het niet halen. De studie heeft mij veel energie gegeven. Ik overweeg om volgend jaar verder te studeren in bewegingswetenschappen.”