De jury gaf Kramer de prijs vanwege zijn prestatie, maar ook vanwege zijn strategie en tactiek op de 10.000 meter. Kramer maakte in Zuid-Korea veel indruk door in zijn race zijn persoonlijke record te verbeteren en tevens een wereldrecord op een laaglandbaan te rijden. Met een strak schema ging Kramer op jacht naar een goede tijd. Hij kwam namelijk in de voorlaatste rit op het ijs en moest het heel moeilijk maken voor Jorrit Bergsma, die na Kramer in actie kwam. Kramer deed wat hij moest doen. Hij eindigde in 12.38,89, liefst drie seconden onder zijn oude record (12.41,69).
Bergsma begon in de rit erna uitstekend. Hij leek lang op de wereldtitel af te stevenen. Met nog zes rondes te gaan had Bergsma nog een ruime voorsprong, maar in de laatste rondes stortte hij helemaal in. Kramer reed op het eind zelfs een rondje 29,8, de snelste rondetijd van zijn 10 kilometer. Eerder dat toernooi won Kramer ook al de 5.000 meter met groot machtsvertoon.
De Fries van Team Lotto-Jumbo was het hele seizoen in topvorm. Zo won hij naast twee individuele wereldtitels op de WK afstanden ook het EK en WK allround. In Heerenveen en in Hamar won hij bovendien ook de 5 en 10 kilometer en werd hij in beide toernooien tweede op de 1500 meter.
Illuster rijtje
De Schaats-Oscar wordt sinds 1959 ieder jaar uitgereikt aan de schaatser of schaatsster die een bijzondere prestatie heeft geleverd in het afgelopen seizoen. De prijs is vernoemd naar de Noorse schaatser Oscar Mathisen. Kramer won hem tien jaar geleden voor het eerst, ook na een indrukwekkende 10 kilometer. De jaren daarna was hij altijd wel genomineerd, maar dit jaar won hij pas zijn tweede Oscar. Daarmee komt hij wel in een illuster rijtje van landgenoten terecht. Alleen Ard Schenk (3x), Kees Verkerk (2x) en Kramer (2x) wonnen de Oscar vaker dan één keer. Ireen Wüst was in 2013 de eerste Nederlandse vrouwelijke winnares van de Oscar.